This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Het lijdend voorwerp
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
- Je weet wat een lijdend voorwerp is.
- Je kunt een lijdend voorwerp vinden in de zin.
Slide 2 - Slide
Je kent al:
persoonsvorm (pv)
werkwoordelijk gezegde (wg)
onderwerp (od)
Je weet hoe je deze zinsdelen in de zin kunt vinden. Dat is belangrijk, want deze zinsdelen heb je nodig om het lijdend voorwerp (lv) te kunnen vinden.
Slide 3 - Slide
Hoe vind je het lijdend voorwerp?
wie/wat + wwg + onderwerp = lijdend voorwerp.
Wie of wat
+
wwg
+
lijdend voorwerp
onderwerp
=
Slide 4 - Slide
Mijn vader
leest
de krant.
Onderwerp
Persoonsvorm
Lijdend Voorwerp
Slide 5 - Drag question
Wat is het lijdend voorwerp. Stel jezelf de goede vraag!