§7 Tussenklank in samenstellingen

Literatuur
Pak je leesboek erbij!
We gaan de eerste 15 minuten van de les lezen.

1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Literatuur
Pak je leesboek erbij!
We gaan de eerste 15 minuten van de les lezen.

Slide 1 - Slide

Cursus 8 Spelling
§7 Tussenklank in samenstellingen

Slide 2 - Slide

Wat is een samenstelling?

Slide 3 - Mind map

Wat is een afleiding?

Slide 4 - Mind map

Welk van de onderstaande woorden is een samenstelling?
A
behandeling
B
bewusteloos
C
biografie
D
allesbehalve

Slide 5 - Quiz

Welk van de onderstaande woorden is een samenstelling?
A
claustrofobie
B
driegangendiner
C
contragewicht
D
ex-gevangene

Slide 6 - Quiz

Welk van de onderstaande woorden is een afleiding?
A
oneerlijk
B
waterpolo
C
zevenkamp
D
onlineverbinding

Slide 7 - Quiz

Welk van de onderstaande woorden is een afleiding?
A
maximumsnelheid
B
gezondheid
C
Moederdag
D
loonstrook

Slide 8 - Quiz

Tussen -s
  • Schrijf de tussen-s als je hem hoort: stadswacht, beroepsmilitair;
  • Als het tweede deel van de samenstelling met een s-klank begint, is de tussen-s lastig te horen. Vervang dan het tweede deel en schrijf de -s- als je die in vergelijkbare samenstellingen hoort: personeelschef, want: personeelsbeleid; staatsschuld, want: staatskas; scheepsjournaal, want: scheepstoeter.
  • Soms zijn twee manieren goed: tijd(s)verschil / voorbehoed(s)middel.

Slide 9 - Slide

Tussen-e of tussen-en
Zie schema blz. 

Slide 10 - Slide

Dictee

Slide 11 - Slide

Woord 1:
dorp + straat

Slide 12 - Open question

Woord 2:
plat + land

Slide 13 - Open question

Woord 3:
koe + vlaai

Slide 14 - Open question

Woord 4:
nieuws + site

Slide 15 - Open question

Woord 5:
drug + smokkel

Slide 16 - Open question

Woord 6:
gans + ei

Slide 17 - Open question

Woord 7:
asperge + soep

Slide 18 - Open question

Woord 8:
spin + web

Slide 19 - Open question

Woord 9:
handel + schip

Slide 20 - Open question

Woord 10:
wild + bras

Slide 21 - Open question