3 gt - les 8 Voorbereiden toetsweek + Spelling H4 meervoud

Welkom 
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Welkom 

Slide 1 - Slide

Terugblik
Taalverzorging: voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Fictie

Kijken en luisteren

Slide 2 - Slide

Doelen
Lezen H3/H4
Verbanden en signaalwoorden

Woordenschat H3/H4
Figuurlijk taalgebruik + uitdrukkingen
Woorden met meerdere betekenissen: homoniemen

Spelling
Het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Meervoud

Werkwoordspelling
Spellen van de persoonsvorm

Lezen in een boek: Leesdossier na de vakantie!



Slide 3 - Slide

Verbanden
verband
signaalwoord
opsomming
ten eerste, ten tweede, om te beginnen, ook (nog), verder, bovendien, tevens, daarnaast, ten slotte, en, 123, - - - 
tegenstelling
tegenover, maar, hoewel, echter, toch, aan de ene kant/andere kant, daarentegen
voorbeeld (toelichting)
bijvoorbeeld, zo, zoals, denk aan, neem nou, onder andere, ter illustratie

Slide 4 - Slide

Verbanden
verband
signaalwoord
tijdsvolgorde (chronologisch verband)
vroeger, later, nu, eerst, daarna, vervolgens, nadat dadelijk, terwijl, intussen, tijdens, inmiddels, sinds
oorzaak-gevolg
daardoor, doordat, zodat, de oorzaak hiervan is, waardoor, ten gevolge van
voorwaarde
als...dan, indien, tenzij, mits

Slide 5 - Slide

Figuurlijk taalgebruik en de betekenis herkennen
Woordenschat H3
Om een tekst te begrijpen, is het belangrijk dat je figuurlijk taalgebruik herkent.
Uitdrukkingen zijn ook een vorm van figuurlijk taalgebruik. Als je niet weet wat een uitdrukking betekent, zoek je de betekenis op in het woordenboek. Zoek bij het belangrijkste woord uit de uitdrukking.


Slide 6 - Slide

Woorden met meerdere betekenissen

Sommige woorden hebben meerdere betekenissen (homoniemen). Daardoor kun je in de war raken.


Lees de tekst goed, want vaak kun je aan de rest van de tekst opmaken welke betekenis wordt bedoelt.

Slide 7 - Slide

Spelling H3
Een voltooid deelwoord kan deel uitmaken van het gezegde. Maar een voltooid deelwoord kan ook als bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt. 
Bijvoorbeeld:
de opgeruimde kamer en de opgepoetste zonnebril

zie blz 84

Slide 8 - Slide

Spelling H4 - meervoud
Meervoud kun je maken door -en, -s of -'s toe te voegen aan het woord. 
Let op:
z --> s / v -->f
afkortingen: cd's
accent aigu: cafés
speciale woorden: data, werklui, weides, technici, melk/koffie/rijst

Slide 9 - Slide

Spelling H4 - meervoud
blz 110-111
Maken opdracht: 
1, 2, 3, 4 
6 (persoonsvormen!)
timer
25:00

Slide 10 - Slide

Nakijken
Zie antwoorden op het bord

Slide 11 - Slide

Lezen
timer
20:00

Slide 12 - Slide