What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
5: gram. H1 zd + ws wederkend
Joehoeee A2!
Telefoon in telefoontas
Ga rustig zitten
Spullen op tafel
Tas niet :)
1 / 15
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
15 slides
, with
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Joehoeee A2!
Telefoon in telefoontas
Ga rustig zitten
Spullen op tafel
Tas niet :)
Slide 1 - Slide
Vandaag
- Mededeling boekverslag 2
- Korte herhaling grammatica H1 (5 min)
- Klassikaal nakijken (10 min)
- Klassikaal theorie oefenen (20 min)
Slide 2 - Slide
Je kunt uitleggen wat een wederkerend werkwoord is.
Je kunt de verschillende soorten herkennen en uitleggen.
Je kunt uitleggen wat een wederkerig en wederkerend voornaamwoord is.
We hebben geoefend met beide.
Lesdoelen
Slide 3 - Slide
Mededeling boekverslag 2
- Oriënteer alvast op een nieuwe titel voor boekverslag 2
- Twijfel je over de titel? Vraag het even aan HDJ of ITT
Slide 4 - Slide
Wat hebben we geleerd
vorige week?
Slide 5 - Slide
Wat hebben we geleerd
vorige week?
Wat is een wederkerend werkwoord?
Wat is een verplicht wederkerend werkwoord?
Wat is een toevallig wederkerend werkwoord?
Welke zinsdelen gebruik je bij een wederkerend werkwoord?
Wat zijn wederkerig en wederkerende voornaamwoorden?
Slide 6 - Slide
Wederkerend werkwoord
* Wederkerend werkwoord heeft een wederkerend voornaamwoord bij zich (me, je, zich, ons).
* Het wederkerend voornaamwoord is het onderwerp dat terugkeert/wederkeert in de zin.
* Er zijn twee soorten wederkerende werkwoorden:
-
Verplicht
wederkerend werkwoord
-
Toevallig
wederkerend werkwoord
Slide 7 - Slide
Verplicht wederkerende werkwoorden
zich bemoeien
zich ergeren
zich gedragen
zich uit de voeten maken
zich ontfermen
zich schamen
zich uitsloven
zich vergissen
zich verschuilen
zich verslapen
zich verslikken verspreken
zich voornemen
Slide 8 - Slide
Toevallig
wederkerende werkwoorden
(zich) amuseren
(zich) bezeren
(zich) aankleden
(zich) scheren
(zich) verwonden
(zich) vermaken
(zich) wassen
Slide 9 - Slide
Hoe je beide kunt herkennen?
Toevallig wederkend ww > vervangen of ‘zelf’ achter plakken
Verplicht wederkerend ww > kan dat niet
Bijv.:
Tijdens het koken bemoeit meneer Ittman
zich
vaak ermee. (wed.vnw = onderdeel ww.gezegde)
Bijv.:
Heb jij
je
gisteren geschoren? (wed.vnw = lv)
Slide 10 - Slide
Wat is dat een
wederkerig
voornaamwoord?
En een
wederkerend
voornaamwoord?
Slide 11 - Slide
Even kijken of jullie het echt snappen...
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
timer
15:00
Slide 14 - Slide
Hoe kunnen we onderscheid maken tussen verplicht en toevallig wed.ww?
Slide 15 - Slide
More lessons like this
3: gram. H1 zd wederkende ww
November 2021
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Week 48 les 3: H1 zd wederkende ww
December 2022
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
6: gram. herhaling H1 zd + ws wederkend
November 2021
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Week 49 les 1: H1 zd wederkende ww
December 2022
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Gez of lv bij wed.ww + uitleg vv 2vwo+
October 2023
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Havo 3 - Grammatica W - H3
January 2022
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
C5 Zinsdelen wedig. vnw, wed.vnw, wg, lv, wed.ww.
October 2024
- Lesson with
50 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Samenvatting C4 (§2, §6) en C5 (§1, §3, §4)
October 2024
- Lesson with
49 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2