herhaling beeldspraak H4

1 -3:  we herhalen beeldspraak
1. Ik weet welke vormen van beeldspraak er zijn. 
Ik weet:
2. wat een vergelijking is en ik kan die herkennen.
3.  wat een metafoor is en ik kan die herkennen.
4,  wat een personificatie is en die kan ik herkennen.
5.  wat synesthesie is en die kan ik herkennen.
6. wat een metonymia is en die kan ik herkennen.
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

1 -3:  we herhalen beeldspraak
1. Ik weet welke vormen van beeldspraak er zijn. 
Ik weet:
2. wat een vergelijking is en ik kan die herkennen.
3.  wat een metafoor is en ik kan die herkennen.
4,  wat een personificatie is en die kan ik herkennen.
5.  wat synesthesie is en die kan ik herkennen.
6. wat een metonymia is en die kan ik herkennen.

Slide 1 - Slide

de vergelijking met als: beeldspraak die berust op overeenkomst: het ijs is zo glad als een spiegel

vergelijking zonder als:
Geranium, prachtige
bloem die niet mooi is, wijn
van de kruidenier, kip
tussen de vogels, sieraad
van alles wat arm en goedkoop is.
metafoor

een verkorte vergelijking. beeld en werkelijkheid worden niet beide vermeld, alleen het beeld. de werkelijkheid wordt weggelaten.

Slide 2 - Slide

vergelijking met als:
Werkelijkheid ________  Beeld
werkelijkheid en beeld zijn verbonden met als
straaljagers zijn slank en zilverkleurig als vissen.

vergelijking zonder als
Werkelijkheid    +        Beeld
werkelijkheid en beeld staan naast elkaar.
straaljagers zijn vliegende vissen
metafoor

werkelijkheid wordt weggelaten, alleen het beeld wordt genoemd:
vliegende vissen

Slide 3 - Slide

synesthesie

dit is de verbinding van twee zintuiglijke indrukken
donkere tonen (gezicht en gehoor)
schreeuwende kleuren (gehoor verbonden met zicht)
zoete klanken  (smaak verbonden met gehoor)
harde woorden (gevoel verbonden met gehoor)
scherp licht (gevoel verbonden met zicht)

Slide 4 - Slide

metonymia

er is geen sprake van overeenkomst tussen beeld en werkelijkheid, maar van een ander verband (er wordt een beeld gebruikt dat een eigenschap of een deel  van de werkelijkheid beschrijft)


Even een glaasje drinken.

Duitsland heeft weer van ons verloren.

De klas hield de adem in.

Slide 5 - Slide

personificatie

natuur, dode dingen, gevoelens en abstracte begrippen krijgen menselijke eigenschappen.  


Schaduw slaapt langs de bergen, het basalt
is droevig, en de bleke bergbeek schalt;
Nachtwolken varen van den hemel heen,
Daar is het stil, op aarde weent alleen
die éne berg, de lucht is zwaar en moe.
Rondom staan andere bergen en zien toe.

Herman Gorter.

Slide 6 - Slide

Welke vorm van beeldspraak wordt hier gebruikt?

langs blauwe bergen van de morgen
scheert de wind als een antilope voorbij
A
vergelijking met als
B
vergelijking zonder als
C
metafoor
D
metonymia

Slide 7 - Quiz

Welke vorm van beeldspraak wordt hier gebruikt?
in de oksels van de rivier
liggen de boten te rusten
met lome zeilen
A
vergelijking met als
B
vergelijking zonder als
C
metafoor
D
metonymia

Slide 8 - Quiz

welke vorm van beeldspraak wordt hier gebruikt?

De derde bank lette niet op
A
een vergelijking met als
B
een vergelijking zonder als
C
een metafoor
D
een metonymia

Slide 9 - Quiz

Welke vorm van beeldspraak wordt hier gebruikt?
zal ik zeggen
hoe droevig de geuren roken
die langzaam deinden op de wind.
(Hans Lodeizen)
A
metafoor
B
synesthesie
C
metonymia
D
personificatie

Slide 10 - Quiz

Welke vorm van beeldspraak wordt hier gebruikt?Hier komt het ochtendgloren
dat spoken vreet
(Leo Vroman)
A
vergelijking
B
metafoor
C
metonymia
D
personificatie

Slide 11 - Quiz

Van welke vorm van beeldspraak is hier sprake?
Tijdens het ramen zemen, piepten de ramen om genade.
A
personificatie
B
vergelijking zonder als
C
snap ik driekwart niet
D
synesthesie

Slide 12 - Quiz

ik wil graag nog uitleg over
(welke vorm van beeldspraak)

Slide 13 - Mind map