Les 1 Cursus Lezen 1.5 Alinea's en kernzinnen en 1.6 Inleiding, middenstuk en slot

1.5 Alinea's en kernzinnen en 1.6 Inleiding, middenstuk en slot
LES 1 
19 maart 
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

1.5 Alinea's en kernzinnen en 1.6 Inleiding, middenstuk en slot
LES 1 
19 maart 

Slide 1 - Slide

Welkom t1a bij Nederlands

Slide 2 - Slide

intro:
Binnenkort: klassikaal lezen
Koning van Katoren 
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Welkom klas t1a: start met lezen!
Zoek je plaats.
Tas op de grond.
Leg je lesboek, 
laptop (dicht) op tafel.
Huiswerk:
 eindopdracht op tafel
Pak een DD, de Weet
of een puzzel

timer
15:00

Slide 4 - Slide

Planning

  • Startopdracht
  • Herhaling Cursus Lezen 1.1 t/m 1.4
  • Instructie Lezen 1.5 en 1.6 
  • Oefenen op laptop
  • Opdrachten maken
  • Afsluiting
  • Huiswerk



Doel

- Herhaling cursus Lezen Hoofdstuk 1 
- Je leert de kernzin van een alinea bepalen. 
- Je leert de inleiding, het middenstuk en het slot van een tekst herkennen. 

Slide 5 - Slide

Startopdracht
Luister en kijk naar het gedicht Feest. 

Wat valt je op? 
Waar gaat het over? 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Herhaling 1.1 woordraadstrategieën
  1. synoniemen: individueel - alleen 
  2. omschrijving of definitie: Zij is een vedette, een beroemd persoon. 
  3. voorbeeld: Zuivelproducten, zoals melk, kaas en kwark, bewaar je in de koelkast. 
  4. tegenstelling: Hij woont nu in een villa, maar groeide op in een rijtjeshuis.
Noteer in je schrift/maak aantekeningen

Slide 8 - Slide

Herhaling 1.2 onderwerp en hoofdgedachte
Het onderwerp: met één woord of een paar woorden zeggen waarover de tekst gaat. 
Lees de tekst oriënterend en vraag jezelf: waarover gaat deze tekst?

De hoofdgedachte van een tekst is één volledige zin die het belangrijkste samenvat wat in de tekst over het onderwerp gezegd wordt. (Is nooit een vraag!)
Lees de tekst precies. Soms staat de hoofdgedachte letterlijk aan het begin of eind van de tekst. Stel jezelf anders de vraag: wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp gezegd wordt?


Slide 9 - Slide

Herhaling 1.4 tekstdoelen en tekstsoorten
Elke tekst wordt geschreven met een doel: de schrijver wil iets bereiken. Vaak heeft een tekstsoort een vast tekstdoel.

Slide 10 - Slide

1.5 Alinea's en kernzinnen, blz.32 
Een tekst is meestal verdeeld in alinea’s. Een alinea bestaat uit een aantal zinnen die bij elkaar horen, omdat ze over hetzelfde deelonderwerp gaan. 
Zo herken je alinea’s:
* altijd op een nieuwe regel of 
          * begint met een stukje wit (inspringen)
* een regel overgeslagen (witregel).

De belangrijkste informatie staat in de kernzin

Zo herken je de kernzin:
--> Lees de eerste, tweede of laatste zin van een alinea.


Slide 11 - Slide

1.5 Alinea's en kernzinnen 
voorbeeld tekst 1 blz. 32/33
Hoeveel alinea's heeft tekst 1 ? 
Zo herken je alinea’s:
* altijd op een nieuwe regel of 
* begint met een stukje wit (inspringen)
* een regel overgeslagen (witregel).


Wat is de kernzin in elke alinea? 
De belangrijkste informatie staat in de 
kernzin. Zo herken je de kernzin:
--> Lees de eerste, tweede of laatste zin van een alinea.


Slide 12 - Slide

1.6 Inleiding, middenstuk en slot 
Opbouw van de tekst en hun doel
  • een inleiding:  
- nieuwsgierig maken  (voorbeeld, anekdote);
- duidelijk maken wat het onderwerp van de tekst is (één of meer vragen stellen)
  • een middenstuk:
- het onderwerp van de tekst. 
- vaak verdeeld in alinea's










Slide 13 - Slide

1.6 Inleiding, middenstuk en slot
  • een slot: 
- een conclusie (de hoofdgedachte) : 'dus', 'daarom' 
- een korte samenvatting : 'kortom' en 'al met al'.
- een aanbeveling (een advies); 
- een aansluiting bij de inleiding, zodat het verhaal mooi ‘rond’ is;
- een toekomstverwachting.

Kijk- en luisterfragmenten hebben vaak ook een inleiding, middenstuk en slot. 
Niet alle teksten hebben een ‘echt’ slot (bijv. een nieuwsbericht).




Slide 14 - Slide

1.6 Inleiding, middenstuk en slot
voorbeeld; tekst 1 blz. 32
Welke alinea's vormen de inleiding? 
(nieuwsgierig maken (voorbeeld, anekdote) of onderwerp duidelijk maken)
Welke het middenstuk? (het onderwerp)
Welke het slot? 
(conclusie, samenvatting, aanbeveling, aansluiting,  toekomstverwachting)

Slide 15 - Slide

Oefenen
Instructie 1.5 en 1.6 oefenen met laptop 
lessonUp.app

Slide 16 - Slide

Hoe is een goede tekst opgebouwd?
A
Inleiding en middenstuk
B
Inleiding, middenstuk en slot
C
Middenstuk en slot
D
Inleiding en slot

Slide 17 - Quiz

Wat vind je in het middenstuk van de tekst?
A
de inleiding
B
de mening van de schrijver
C
de conclusie
D
de deelonderwerpen

Slide 18 - Quiz

Waar in de alinea staat de belangrijkste zin?
A
In het midden
B
Meestal in de 1e of 2e zin, soms in de laatste zin
C
Altijd aan het einde
D
Die kan overal staan

Slide 19 - Quiz

Weet je nog?
Wat is oriënterend lezen?
A
Bekijk de tekst en lees de eerste alinea
B
Lees de eerste en laatste zin van de alinea's
C
Bekijk de tekst en zoek de info die je nodig hebt
D
Lees de tekst helemaal en nauwkeurig

Slide 20 - Quiz

Weet je nog?
Wat is globaal lezen?
A
Bekijk de tekst en lees de eerste alinea
B
Lees de eerste en laatste zin van de alinea's
C
Bekijk de tekst en zoek de info die je nodig hebt
D
Lees de tekst helemaal en nauwkeurig

Slide 21 - Quiz

Weet je nog?
Wat is precies lezen?
A
Bekijk de tekst en lees de eerste alinea
B
Lees de eerste en laatste zin van de alinea's
C
Bekijk de tekst en zoek de info die je nodig hebt
D
Lees de tekst helemaal en nauwkeurig

Slide 22 - Quiz

Wat is een deelonderwerp?
A
een onderwerp van een hoofdstuk
B
een onderdeel van het onderwerp
C
een onderdeel van het slot
D
een onderwerp van de eerste alinea

Slide 23 - Quiz

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over voetbal?
A
De verzorging van een konijn
B
Het tenue
C
Kruidentuin
D
Koffiebonen

Slide 24 - Quiz

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over school?
A
De dierenwinkel
B
De geschiedenis van voetbal
C
Pauzes in de aula
D
Zakgeld

Slide 25 - Quiz

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over politiek?
A
Gezelschapsspellen
B
Verkiezingen
C
Vakantiereizen
D
De woestijn

Slide 26 - Quiz

Opdracht maken (nu zelf)
Maak opdracht 2 en 3.1, 3.2 en 3.3 blz. 33 

Maak opdracht 4 blz. 39

timer
15:00

Slide 27 - Slide

Afsluiting
Ik houd van Holland Quiz >>

Slide 28 - Mind map

Doelen deze les

  Ik kan de kernzinnen in alinea's bepalen. 
Ik kan de inleiding, het middenslot en slot van een tekst herkennen. 
Volgende les
Herh. 1.5 en 1.6 
Leren zelf schrijven van alinea's inleiding en slot
Afsluiting

Zijn er nog vragen?
Huiswerk donderdag 21/3:
opdracht 1 en 3 blz. 33 
opdracht 4 blz. 39


Slide 29 - Slide