2AHA+2HA - 28/1 - imparfait - chapitre 3 - les 6

1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Aujourd'hui
  • Start in Teams
  • Herhalen imparfait
  • Opdrachten wb
  • Oefenen verbuga

Jeudi
28
janvier
Doelen: aan het einde van deze les heb je verder geoefend  met de imparfait en kun je werkwoorden vervoegen in de imparfait. 

Slide 2 - Slide

Instructie
We gaan de imparfait eerst herhalen. Dit doen we gezamenlijk. Daarna lees je de uitleg nog eens door en ga je opdrachten maken in je boek. 

Slide 3 - Slide

Imparfait
De volgende dia's gaan over de imparfait bij Franse regelmatige werkwoorden

Slide 4 - Slide

Stappenplan
Om een werkwoord in de imparfait te zetten moet je een aantal stappen doorlopen. De volgende dia's gaan over deze stappen.

Slide 5 - Slide

Stap 1
Zet het werkwoord in de nous-vorm. Bij de regelmatige werkwoorden doe je dit door de stam te zoeken en ER eraf te halen.

Voorbeeld : Werkwoord = regarder
stam = regard (dus min ER)

Bij de onregelmatige werkwoorden gaat dit niet, deze moet je leren. 
avoir = avons (hier kun je niet ER af halen)

Slide 6 - Slide

Stap 2
Haal -ONS van het werkwoord af.

Werkwoord =  regarder
stap 1: nous vorm zoeken = regardons

stap 2: -ons eraf                    = regard

Slide 7 - Slide

Stap 3
Zet de juiste uitgang van de imparfait erachter

Werkwoord =  regarder
stap 1: nous vorm zoeken = regardons

stap 2: -ons eraf                    = regard

stap 3: Juiste uitgang erachter
Uitgangen:
je                     + ais
tu                    + ais
il/elle/on        + ait
nous               + ions
vous                + iez
ils/elles           + aient

Slide 8 - Slide

DUS....
Zet de juiste uitgang van de imparfait erachter
Werkwoord =  regarder
stap 1: nous vorm zoeken = regardons
stap 2: -ons eraf                    = regard
stap 3: Juiste uitgang erachter

Je regardais
Nous regardions
Uitgangen:
je                     + ais
tu                    + ais
il/elle/on        + ait
nous               + ions
vous                + iez
ils/elles           + aient

Slide 9 - Slide

Uitzondering!
Het werkwoord Être is een uitzondering! Deze heeft een vaste vorm: ét....+ uitgang

Dus: tu étais

Slide 10 - Slide

Om de imparfait te kunnen maken nemen we eerst een vorm van het werkwoord in de présent. Welke vorm?
A
De tu-vorm
B
De vous-vorm
C
De nous-vorm
D
De je-vorm

Slide 11 - Quiz

Vous
Tu
Nous
Il/elle/on
Ils/elles
Je/J'
stam + ait
stam + iez
stam + ais
stam + aient
stam + ions
stam + ais

Slide 12 - Drag question

Opdrachten maken in je wb
Je gaat verder oefenen door wat opdrachten in je wb te maken.
Je maakt: 
opdracht 13c + d op blz. 102 + 103 wb
opdracht 14abc op blz 103 wb

Klaar ? Laat je werk zien!
en ga naar de volgende dia.

Slide 13 - Slide

Maak een foto van blz. 102

Slide 14 - Open question

Maak een foto van blz. 103

Slide 15 - Open question

Verder oefenen
Ga naar www.verbuga.eu

Tijd: imparfait
Werkwoorden: 
- aimer                - être
- aller                   - faire
- chercher          - aller
- donner              - regarder

Slide 16 - Slide

HUISWERK
Herhaal de imparfait.
Maak de opdrachten af.
Leer voca E FN

Slide 17 - Slide

Bien fait!

Slide 18 - Slide