This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Stiekem reclame maken voor iets
A
censuur
B
sluikreclame
C
stereotype
D
persvrijheid
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Slide
Welk begrip past bij dit bericht?
A
Democratie
B
Pluriformiteit
C
Persvrijheid
D
Censuur
Slide 6 - Quiz
Een telefoon gesprek tussen twee vriendinnen.
A
Direct
B
Indirect
Slide 7 - Quiz
Je middelvinger opsteken als je kwaad bent op iemand.
A
Verbaal
B
Non-verbaal
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Slide
Welk selectiecriterium zorgde er vooral voor dat dit bericht in het nieuws kwam?
A
Nabijheid
B
Actualiteit
C
Belangstelling van de doelgroep
D
Het uitzonderlijke van de gebeurtenis
Slide 10 - Quiz
Stel, je bekijkt voor een werkstuk een aantal filmpjes op YouTube over de nadelen van vaccinaties. Je krijgt daarna alleen nog maar suggesties voor filmpjes die ook over de nadelen van vaccinaties gaan. Hoe wordt dit ook wel genoemd?
A
Filterbubbel
B
On-demand media
C
Selectieve perceptie
D
Social influencing
Slide 11 - Quiz
Er zijn populaire kranten en kwaliteitskranten. Wat zijn twee kwaliteitskranten?
A
Telegraaf en Trouw
B
AD en de Volkskrant
C
Metro en AD
D
NRC en de Volkskrant
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
www.toll-net.be
Slide 19 - Link
Slide 20 - Video
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Video
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Video
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Vergelijk de onderstaande krantenkoppen: welke kop is het meest objectief?
A
"Overvallers krijgen vier maanden"
B
" 'softe' straffen voor criminele broers"
Slide 28 - Quiz
Leg in je eigen woorden uit wat het principe van 'hoor en wederhoor' inhoudt.
Slide 29 - Open question
Is dit een objectieve of subjectieve zin: "Lil Kleine heeft zijn ex slecht behandeld."