This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Door informatie van de media kun je je eigen mening vormen over maatschappelijke kwesties. Hoe noemen we deze functie?
A
Amuserende functie
B
Educatieve functie
C
Opiniërende functie
D
Sociale functie
Slide 5 - Quiz
Welk begrip past bij dit bericht?
A
Democratie
B
Pluriformiteit
C
Persvrijheid
D
Censuur
Slide 6 - Quiz
Wat bedoelen ze met product placement?
Slide 7 - Open question
Stel, je bekijkt voor een werkstuk een aantal filmpjes op YouTube over de nadelen van vaccinaties. Je krijgt daarna alleen nog maar suggesties voor filmpjes die ook over de nadelen van vaccinaties gaan. Hoe wordt dit ook wel genoemd?
A
Filterbubbel
B
On-demand media
C
Selectieve perceptie
D
Social influencing
Slide 8 - Quiz
Er zijn populaire kranten en kwaliteitskranten. Wat zijn twee kwaliteitskranten?
A
Telegraaf en Trouw
B
AD en de Volkskrant
C
Metro en AD
D
NRC en de Volkskrant
Slide 9 - Quiz
Welke omroepen zijn geheel afhankelijk van reclames?
A
commerciële
B
publieke
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
Slide 13 - Video
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Video
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Volgens welke theorie heeft de media weinig invloed op mensen? Mensen bepalen volgens deze theorie zelf wat ze willen horen en zien.
A
injectienaaldtheorie
B
framingtheorie
C
theorie van selectieve perceptie
D
de agendatheorie
Slide 26 - Quiz
Welke theorie past bij 'manipulatie' en 'indoctrinatie' ?
Welke theorie past bij 'manipulatie' en 'indoctrinatie' ?
A
Injectienaaldtheorie
B
Selectieve perceptietheorie
C
Agendatheorie
D
Framingtheorie
Slide 27 - Quiz
Ik kijk nooit programma's over anorexia, dan zapp ik weg.
A
Injectienaaldtheorie
B
Agendatheorie
C
Theorie van de selectieve perceptie
Slide 28 - Quiz
In ieder journaal gaat het over de regering dus er wordt veel over gepraat.
A
Injectienaaldtheorie
B
Agendatheorie
C
Selectieve perceptie
Slide 29 - Quiz
Als feiten met opzet worden weggelaten of veranderd, noemen we dat ...
A
Beeldvorming
B
Persvrijheid
C
Manipulatie
D
Privacy
Slide 30 - Quiz
Hitler beïnvloedde zijn volk met zijn eigen mening. Welke theorie gebruikte hij hiervoor?
A
selectieve perceptie
B
injectienaald theorie
C
agendatheorie
Slide 31 - Quiz
De mensen praten nog lang na over de laatste uitzending van 'Boer zoekt vrouw'.