This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Nederlands
19 februari
Slide 1 - Slide
Programma
Lesdoel: je hebt de theorie van blok 3 en 4 herhaald en kunt met de theorie toetsvragen maken.
- Korte quiz over de theorie
- Drie teksten samen lezen
- Je eigen toets (met antwoorden!) maken bij de teksten met behulp van de theorie
Slide 2 - Slide
Hoe kun je je inleiding beginnen?
A
Onderwerp aankondigen
B
Kort, grappig of bijzonder verhaaltje
C
Een of meer vragen stellen
D
De aanleiding voor het schrijven noemen
Slide 3 - Quiz
Wat is het doel van de inleiding?
A
De lezer nieuwsgierig maken naar de tekst
B
De lezer alvast informatie geven
Slide 4 - Quiz
Op welke drie manieren kun je de tekst afsluiten (slot)?
Slide 5 - Open question
Een kernzin is altijd de eerste zin van een tekst.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Wat heeft een alinea nog meer naast een kernzin?
Slide 7 - Open question
Als je op zoek gaat naar de hoofdzaken van de tekst, lees je globaal
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
Bij intensief lezen en globaal lezen, lees je precies dezelfde onderdelen van de tekst.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quiz
De hoofdgedachte van een tekst is wel een zin, maar nooit een vraag.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quiz
Het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst formuleer je hetzelfde.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quiz
Voor een leestoets hoef je niet te leren.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
Teksten lezen
We lezen eerst de drie teksten samen.
Tekst 1: mummies bewaarden de oudste kaas
Tekst 2: Zoevend van A naar B
Tekst 3: Leren van de herdershond
Slide 13 - Slide
Toets maken in drie lessen
Les 1 (vandaag): maak in een groepje minimaal drie toetsvragen met antwoorden bij een tekst.
Les 2 (donderdag): verbeter de vragen met een ander groepje samen en kom tot minimaal vijf vragen bij de tekst.
Les 3 (vrijdag): maak alle vragen als voorbereiding op de toets.
Slide 14 - Slide
Opdracht (15 minuten)
Bedenk in een groepje van vier minimaal drie toetsvragen bij een tekst. Gebruik de theorie van lezen blok 3 en 4 om je vragen te bedenken.
Groep 1 en 2: tekst 1
Groep 3 en 4: tekst 2
Groep 5 en 6: tekst 3
timer
15:00
Slide 15 - Slide
Lesdoel gehaald?
Lesdoel: je hebt de theorie van blok 3 en 4 herhaald en kunt met de theorie toetsvragen maken.
1) lesdoel gehaald
2) lesdoel deels gehaald, ik moet nog oefenen met...
3) lesdoel deels gehaald, ik heb nog hulp nodig bij...
Slide 16 - Slide
Nederlands
21 februari
Slide 17 - Slide
Programma
Lesdoel: je kunt met feedback de toetsvragen verbeteren en je kunt feedback geven op andermans toetsvragen en past daarbij de theorie van lezen blok 3 en 4 toe
- Toetsvragen bespreken met een andere groep
- Toetsvragen verbeteren
- Antwoorden bij de vijf beste toetsvragen formuleren
Slide 18 - Slide
Opdracht (15 minuten)
Groep 1 en groep 2
Groep 3 en groep 4
Groep 5 en groep 6
Jullie bekijken samen de toetsvragen die jullie bij de tekst hebben gemaakt. Jullie verbeteren de toetsvragen en komen met de goede antwoorden en puntenaantallen bij de vragen.
Slide 19 - Slide
Opdracht (15 minuten)
Jullie selecteren de beste vijf vragen bij de tekst en bedenken ook twee extra moeilijke bonusvragen bij de tekst.
- Eerste bonusvraag: mag je ook google bij gebruiken. De vraag mag over de inhoud van de tekst gaan.
- Tweedebonusvraag: mag je alleen de bijlage gebruiken.
Geef ook de puntenaantallen bij de vragen die je kunt halen.
Slide 20 - Slide
Wat is de beste vraag die je hebt bedacht?
Slide 21 - Open question
Waarom is dat de beste vraag die je hebt bedacht?
Slide 22 - Open question
Wat heb je nog nodig?
Morgen maken we de toets.
Wat heb je nog nodig van jezelf of van mij om de toets te kunnen maken?
Slide 23 - Slide
Nederlands
22 februari
Slide 24 - Slide
Programma
Lesdoel: je kunt met de theoriebijlage de oefentoets maken
- Oefentoets alleen maken met de theoriebijlage
- Vragen en antwoorden bespreken
- Wat kun je nog meer verwachten?
- Wat moet je nog doen voor de toets?
Slide 25 - Slide
Opdracht (30 minuten)
Maak de oefentoets bij de teksten.
Lees eerst de teksten nog een keer.
Maak daarna de opdrachten. Je gebruikt de theoriebijlage.
Als je klaar bent, mag je de toets verder voorbereiden.