gebruik participium les 38 SPQR

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Participium praesens ACTIEF

Hoe vertaal je dat in de zin?

Of met een overeenkomend Nederlands deelwoord

of met een bijzinnetje ingeleid door : terwijl/wanneer/omdat etc. 

ridentes puellae intrant

1. de meisjes komen lachend binnen.
2. lachend komen de meisjes binnen.
3. de meisjes lachen en komen binnen.
4. ik zie de lachende meisjes binnenkomen.

alleen een participium  of participiumwoordgroep?

cogitans de bello Caesar se in castra properat.

1. zich haastend naar het legerkamp denkt Caesar na over de oorlog.
2. Nadenkend over de oorlog haast Caesar zich naar het legerkamp.
3. Terwijl hij nadenkt over de oorlog haast Caesar zich naar het legerkamp
4. Caesar denkt na over de oorlog en haast zich naar het legrkamp.

Video milites descendentes de monte.

1. De soldaten dalen af van de berg en ik zie ze.
2. ik zie de soldaten terwijl ze afdalen van de berg.
3. Terwijl ik afdaal van de berg zie ik de soldaten.
4. Ik zie de soldaten, nadat ze zijn afgedaald van de berg.

Feminae ..................... in urbe sunt.

1. ridens
2. ridente
3. ridentes
4. rdentibus

Video milites descendentes de monte.
participium/participiumwoordgroep?

cogitans de bello Caesar se in castra properat.
Wat is hier het participium of de participiumwoordgroep

Matres puellarum .................. de monte descendebant.
De moeders van de huilende meisjes daalden van de berg af.

1. lacrimare
2. lacrimantium
3. lacrimantes
4. lacrimans

Matres in urbe viventes de monte descendebant.
Wat is de partc./part.woordgroep

1. viventes
2. viventes de monte
3. Matres in urbe
4. in urbe viventes

unde venit strepitus saxorum cadentium? : welke naamval heeft het participium cadentium?

1. gen.ev. m
2. gen.mv. onz
3. acc.ev.m.
4. nom.ev.m

unde venit strepitus saxorum cadentium?
vertaal deze zin.