gebruik participium les 38 SPQR

Participium praesens ACTIEF
Hoe vertaal je dat in de zin?
Of met een overeenkomend Nederlands deelwoord
of met een bijzinnetje ingeleid door : terwijl/wanneer/omdat etc. 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3,4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Participium praesens ACTIEF
Hoe vertaal je dat in de zin?
Of met een overeenkomend Nederlands deelwoord
of met een bijzinnetje ingeleid door : terwijl/wanneer/omdat etc. 

Slide 1 - Slide

ridentes puellae intrant
A
de meisjes komen lachend binnen.
B
lachend komen de meisjes binnen.
C
de meisjes lachen en komen binnen.
D
ik zie de lachende meisjes binnenkomen.

Slide 2 - Quiz

alleen een participium  of participiumwoordgroep?

Slide 3 - Slide

cogitans de bello Caesar se in castra properat.
A
zich haastend naar het legerkamp denkt Caesar na over de oorlog.
B
Nadenkend over de oorlog haast Caesar zich naar het legerkamp.
C
Terwijl hij nadenkt over de oorlog haast Caesar zich naar het legerkamp
D
Caesar denkt na over de oorlog en haast zich naar het legrkamp.

Slide 4 - Quiz

Video milites descendentes de monte.

A
De soldaten dalen af van de berg en ik zie ze.
B
ik zie de soldaten terwijl ze afdalen van de berg.
C
Terwijl ik afdaal van de berg zie ik de soldaten.
D
Ik zie de soldaten, nadat ze zijn afgedaald van de berg.

Slide 5 - Quiz

Feminae ..................... in urbe sunt.
A
ridens
B
ridente
C
ridentes
D
rdentibus

Slide 6 - Quiz

Video milites descendentes de monte.
participium/participiumwoordgroep?

Slide 7 - Open question

cogitans de bello Caesar se in castra properat.
Wat is hier het participium of de participiumwoordgroep

Slide 8 - Open question

Matres puellarum .................. de monte descendebant.
De moeders van de huilende meisjes daalden van de berg af.
A
lacrimare
B
lacrimantium
C
lacrimantes
D
lacrimans

Slide 9 - Quiz

Matres in urbe viventes de monte descendebant.
Wat is de partc./part.woordgroep
A
viventes
B
viventes de monte
C
Matres in urbe
D
in urbe viventes

Slide 10 - Quiz

unde venit strepitus saxorum cadentium? : welke naamval heeft het participium cadentium?
A
gen.ev. m
B
gen.mv. onz
C
acc.ev.m.
D
nom.ev.m

Slide 11 - Quiz


unde venit strepitus saxorum cadentium?
vertaal deze zin.

Slide 12 - Open question

leren van elkaar
je kijkt steeds na van het volgende nummer:  dus nummer 1 kijkt na van nummer 2, 2 kijkt na van 3 etc, nummer 8 kijkt na van 1. 

Slide 13 - Slide

nakijken
controleer voor zin 1 t/m 3 of de participia goed vertaald zijn
ja? geef een compliment
nee? geef een tip

Slide 14 - Slide

voer hier je tekst in met een foto van je schrift

Slide 15 - Open question

geef een tip of compliment en geef aan voor welk nummer het bedoeld is

Slide 16 - Open question

zelfde voor regels 4 t/m 7: voer hier je foto in

Slide 17 - Open question

geef het op jou volgende nummer feedback op de participia

Slide 18 - Open question

voer een foto van de laatste regels van alinea 1 in

Slide 19 - Open question

geef feedback

Slide 20 - Open question

hierop ga je zelf letten bij het vertalen. Geef jezelf een tip

Slide 21 - Open question