Les Frans 7 juni 2021

Herhaling H3
Let op! Volgende week proefwerk!
1 / 27
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhaling H3
Let op! Volgende week proefwerk!

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag herhalen?
- Het werkwoord 'avoir' (hebben)

- De getallen 1 t/m 69

- Het bezittelijk voornaamwoord

Slide 2 - Slide

Vul de juiste vorm van avoir in:

Elle_____oublié son livre?
A
elle ai
B
elle as
C
elle a
D
elle avons

Slide 3 - Quiz

Vul de juiste vorm van avoir in:

Non, vous ____ oublié le livre.
A
vous ont
B
vous avons
C
vous avez
D
vous a

Slide 4 - Quiz

Vul de juiste vorm van avoir in:
Nous _______ deux sœurs.

A
nous as
B
nous avons
C
nous avez
D
nous ont

Slide 5 - Quiz

Vul de juiste vorm van avoir in:

Simon et Sabrina _____ 12 ans.

A
Ils ont
B
Ils avons
C
Ils avez
D
Ils a

Slide 6 - Quiz

Vul de juiste vorm van avoir in:

J' ____ 13 ans.
A
J'ai
B
J'as
C
J'avons
D
J'a

Slide 7 - Quiz

Kies het juiste getal:
cinquante-cinq = 57 / 55 / 45

Slide 8 - Open question

Kies het juiste getal:
trente-six = 36 / 37 / 26

Slide 9 - Open question

Kies het juiste getal:
soixante-deux = 26 / 62 / 64

Slide 10 - Open question

Kies het juiste getal:
quarante et un = 51 / 41 / 42

Slide 11 - Open question

Vertaal in het Frans: 59

Slide 12 - Open question

Vertaal in het Frans: 23

Slide 13 - Open question

Vertaal naar het Frans:
Mijn
A
mon - ma - mes
B
ton - ta - tes
C
son - sa - ses

Slide 14 - Quiz

(mijn) soeur
A
ma soeur
B
mon soeur
C
mes soeur

Slide 15 - Quiz

(mijn) frère
A
ma frère
B
mon frère
C
mes frère

Slide 16 - Quiz

Vertaal naar het Frans:
zijn/haar
A
mon - ma - mes
B
ton - ta - tes
C
son - sa - ses

Slide 17 - Quiz

(zijn) père
A
sa père
B
son père
C
ses père

Slide 18 - Quiz

(zijn) grands-parents
A
sa grands-parents
B
son grands-parents
C
ses grands-parents

Slide 19 - Quiz

Vertaal naar het Frans:
jouw
A
mon - ma - mes
B
ton - ta - tes
C
son - sa - ses

Slide 20 - Quiz

(jouw) anniversaire
A
ta anniversaire
B
ton anniversaire
C
tes anniversaire

Slide 21 - Quiz

(jouw) tante
A
ta tante
B
ton tante
C
tes tante

Slide 22 - Quiz

Vertaal in het Frans:
C’est (wanneer) ___ ton anniversaire?


Slide 23 - Open question

Vertaal in het Frans:
Mon anniversaire est en (maart) ___ .

Slide 24 - Open question

Vertaal in het Frans:
J’organise une fête (bij) ___ moi.

Slide 25 - Open question

Vertaal in het Frans:
Mon (opa) ___ vient aussi.

Slide 26 - Open question

Nu:
Werkwoord 'avoir' oefenen op verbuga.eu

Slide 27 - Slide