NK1hv-Kapitel 3-8

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Herzlich Willkommen!

Rückblick: GRAMMATIK

Vorige les is de GRAMMATIK over 

het regelmatige (zwakke) werkwoord 

in de tegenwoordige tijd behandeld.

Je hebt ook wat geoefend.

Dus laten we even kijken wat je er nog van weet.

Hoe vind je in het Duits de STAM van een werkwoord?

1. hele werkwoord zonder -n of -en, bijvoorbeeld spielen --> spiel-
2. de ik-vorm nemen

Wat is de stam van het werkwoord?

"kaufen"

1. kauf-
2. kaufe-

Achter de STAM komt de UITGANG.

Welke uitgangen kunnen er in het Duits gebruikt worden?

1. -e -st -t -en
2. -geen uitgang -t -en

stam+e

stam+(e)st

stam+(e)t

stam+en

stam+(e)t

stam+en

ich

du

er-sie-es

wir

ihr

sie-Sie

Welke werkwoordsvorm past in deze zin?

Was ..... du gern?

1. spielen
2. machst

Welke werkwoordsvorm past in deze zin?

Ich ..... einen Brief an meinen Freund.

1. schickst
2. schreibe

Welke werkwoordsvorm past in deze zin?

Wir ..... noch Futter für die Katze.

1. brauchen
2. kaufe

Welke werkwoordsvorm past in deze zin?

Warum ..... ihr keine Antwort?

1. gebt
2. geben

Welke werkwoordsvorm past in deze zin?

Er ..... Deutsch in der Schule

1. lernt
2. lernst

Typ nu zelf de juiste werkwoordsvorm.

Wann (spielen) du Gitarre?

Typ nu zelf de juiste werkwoordsvorm.

Der Lehrer (reden) immer so viel!

Typ nu zelf de juiste werkwoordsvorm.

Wir (sehen) am liebsten YouTube Videos.

Typ nu zelf de juiste werkwoordsvorm.

(Kommen) ihr morgen auch zum Fest?

Typ nu zelf de juiste werkwoordsvorm.

Warum (sitzen) du auf dem Tisch?

Typ nu zelf het juiste voltooid deelwoord.

Wir sagen nicht wer das (machen) hat.

Typ nu zelf het juiste voltooid deelwoord.

Jari hat gut (arbeiten).

Werkwoordsvormen duidelijk?

Ja, ik doorzie het helemaal

Ja, maar soms maak ik nog een foutje

Ja, maar de uitzonderingen weet ik nog niet

Nee, ach laat ook maar

Weiter üben!!!!!

Ga naar 

Classroom/Schoolwerk/Grammatica -uitleg + oefeningen

Open het Google Doc: Werkwoorden ott

Maak een kopie van het bestand 

en vul de antwoorden bij de rest van de oefeningen in

Kies ook één van de andere (online) oefeningen.

Extra Aufgabe: Grammatik

Maak een Google Slides presentatie,

waarin je stap voor stap de tegenwoordige tijd van de regelmatige/zwakke werkwoorden uitlegt.

Laat je inspireren door de uitleg-video.

Extra Aufgabe: POSTER

Maak een POSTER, waarin je zoveel mogelijk woordjes van Seite 96/B Wortschatz verwerkt.

Gebruik zoveel mogelijk afbeeldingen om de woordbetekenissen duidelijk te maken.

Zie voorbeeld in Classroom.

Alles fertig und Zeit übrig?

*Üben mit der Grammatik: tegenwoordige tijd + voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden (Classroom)

*Lernen/Üben: Seite 96/B Wortschatz

*Durchlesen Seite 86/Sprachmittel

*Classroom => Lezen (zoek een leuke tekst om te lezen)

HAUSAUFGABEN

Lernen

*Alles doornemen wat in de toetsweek aan bod komt

*Vragen noteren en de volgende les stellen

Schreiben:

*geen maakwerk (maar oefenen is natuurlijk toegestaan)