What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
B2 Duits Kapitel 4-4
Herzlich Willkommen!
1 / 31
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
31 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Herzlich Willkommen!
Slide 1 - Slide
Hausaufgabenkontrolle
Op de volgende dia's staan vragen over
Seite 132/B Wortschatz
Laat eens zien hoeveel woorden je al werkelijk kent.
Dus, NIET voorzeggen, NIET in de woordenlijst kijken,
WEL gewoon uit het hoofd (of gokken)
Slide 2 - Slide
de aap
de koeien
het huisdier
de poot
aaien
ondeugend
schattig
maar
beschrijven
de kippen
de muis
het varken
die Kühe
süß
das Bein
frech
streicheln
die Hühner
aber
das Haustier
das Schwein
beschreiben
die Maus
der Affe
Slide 3 - Drag question
Vertaal in het Duits:
de olifant
Slide 4 - Open question
Vertaal in het Duits:
de slang
Slide 5 - Open question
Vertaal in het Duits:
de cavia
Slide 6 - Open question
Vertaal in het Duits:
wensen
Slide 7 - Open question
Vertaal in het Duits:
zacht
Slide 8 - Open question
Wat betekent dit woord?
erklären
A
werken
B
uitleggen
Slide 9 - Quiz
Wat betekent dit woord?
sich verhalten
A
voeren
B
zich gedragen
Slide 10 - Quiz
Wat betekent dit woord?
spazieren
A
lopen
B
dansen
Slide 11 - Quiz
Wat betekent dit woord?
die Nachricht
A
het bericht
B
de vakantie
Slide 12 - Quiz
Wat betekent dit woord?
sauer
A
meteen
B
kwaad
Slide 13 - Quiz
Hoeveel van de antwoorden had je foutloos?
geen
minder dan de helft
meer dan de helft
allemaal
Slide 14 - Poll
Rückblick: Grammatik
De Grammatik van Kapitel 4 (tegenwoordige tijd)
hebben we al eerder behandeld.
In de toetsweek is het onderdeel ook al getoetst.
Laten we onderzoeken wat je er nog van weet.
Slide 15 - Slide
Hoe vind je in het Duits de STAM van een werkwoord?
A
hele werkwoord zonder -n of -en, bijvoorbeeld spielen --> spiel-
B
de ik-vorm nemen bijvoorbeeld spielen --> (ich) spiele
Slide 16 - Quiz
Wat is de stam van het werkwoord?
"kaufen"
A
kauf-
B
kaufe-
Slide 17 - Quiz
Achter de STAM komt de UITGANG.
Welke uitgangen kunnen er in het Duits gebruikt worden?
A
-e -st -t -en
B
-geen uitgang -t -en
Slide 18 - Quiz
stam+e
stam+(e)st
stam+(e)t
stam+en
stam+(e)t
stam+en
ich
du
er-sie-es
wir
ihr
sie-Sie
Slide 19 - Drag question
Welke werkwoordsvorm past in deze zin?
Was ..... du gern?
A
spielen
B
machst
Slide 20 - Quiz
Welke werkwoordsvorm past in deze zin?
Ich ..... einen Brief an meinen Freund.
A
schickst
B
schreibe
Slide 21 - Quiz
Welke werkwoordsvorm past in deze zin?
Wir ..... noch Futter für die Katze.
A
brauchen
B
kaufe
Slide 22 - Quiz
Welke werkwoordsvorm past in deze zin?
Warum ..... ihr keine Antwort?
A
gebt
B
geben
Slide 23 - Quiz
Welke werkwoordsvorm past in deze zin?
Er ..... Deutsch in der Schule
A
lernt
B
lernst
Slide 24 - Quiz
En hoe maak je in het Duits het voltooid deelwoord van een regelmatig werkwoord?
A
GE + STAM + (E)T Bijvoorbeeld spielen --> gespielt
B
GE + STAM + EN Bijvoorbeeld spielen --> gespielen
Slide 25 - Quiz
Welk voltooid deelwoord past in deze zin?
Er hat Deutsch ..... in der Schule
A
gelernt
B
gespielt
Slide 26 - Quiz
Welke werkwoordsvorm past in deze zin?
Warum habt ihr nicht .....?
A
geantworten
B
geantwortet
Slide 27 - Quiz
Planung für heute (1)
*Om de Grammatik goed in te trainen maak je eerst
in je boek
:
Seite 116/Aufgaben 20
Seite 117/Aufgabe 22, 23 (schrijven!) en 24
Seite 118/Aufgabe 26
Seite 119/Aufgabe 27, 28 (schrijven!) en 29
Slide 28 - Slide
Planung für heute (2)
Voor vandaag heb je ook de woordjes van D Lesen voorbereid.
Die kun je goed gebruiken bij de volgende opdracht.
Open je boek op Seite 110/D Lesen
Maak de Aufgaben 14-15-16 (natuurlijk heb je de tekst gelezen!)
Slide 29 - Slide
Alles fertig und Zeit übrig?
*Öffne das Buch auf Seite 132-133 und lerne die Wörter von Block: B Wortschatz und A Sehen C Hören D Lesen
*In Classroom findest du mehr Sachen zum üben:
-Grammatik - Uitleg + Oefeningen
-Lezen => Lesen auf Deutsch
-Oefenen met woorden en zinnen => CRAM
Slide 30 - Slide
HAUSAUFGABEN
Lernen/Wiederholen:
*Seite 132-133: Wörter B Wortschatz (N-D)
+ A Sehen + C Hören + D Lesen + H Lesen (alles D-N)
Schreiben:
Alles was du in der Klasse nicht fertig hattest
(Du solltest diese Aufgaben gemacht haben: 14-15-16-20-22-23-24-26-27-28-29)
Slide 31 - Slide
More lessons like this
Bruglas Duits Kapitel 4-4
August 2023
- Lesson with
39 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
NK1hv-Kapitel 4-4
August 2023
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
NK1hv-Kapitel 3-8
August 2023
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
NK1hv-Kapitel 8-3
August 2023
- Lesson with
42 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Oefentoets DT4A+herhaling Grammatik Toetsweek 1
14 days ago
- Lesson with
42 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Oefentoets DT4A+herhaling Grammatik Toetsweek 1
October 2023
- Lesson with
42 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Week 04.2 Kapitel 1 Les 8
October 2023
- Lesson with
46 slides
Duits
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Brugklas Duits Kapitel 4-5
August 2023
- Lesson with
35 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2