Oefentoets Marketing

Oefentoets Marketing
1 / 45
next
Slide 1: Slide
Marketing & CommunicatieMBOStudiejaar 2

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Oefentoets Marketing

Slide 1 - Slide

Hoofdstuk 10
Ondernemingsvormen
(ook belangrijk voor Ondernemersplan)

Slide 2 - Slide

Welke ondernemingsvorm geeft aandelen op naam uit?

A
CV
B
VOF
C
Eenmanszaak
D
BV

Slide 3 - Quiz

Eric werkt als bedrijfsleider bij een grand café. Hij wil een eigen wijnbar beginnen. Zijn vrouw, met wie hij in gemeenschap van goederen is getrouwd, vindt het geen goed idee. Zij werkt fulltime als effectenmakelaar en heeft voor een leuk spaarpotje gezorgd. Als het misgaat met Erics plannen, dan kunnen ze weleens (een groot deel van) hun vermogen kwijtraken. Toch gunt ze Eric ook zijn droom en wil ze als het risico beperkt kan worden best een deel van het spaargeld investeren.

Wat is een geschikte ondernemingsvorm?
A
Eenmanszaak
B
BV
C
CV
D
NV

Slide 4 - Quiz

Grietje is pas afgestudeerd als grafisch ontwerper. Ze besluit om het als zelfstandig ondernemer te proberen. Ze heeft geen startkapitaal. Haar vader wil haar helpen en schenkt haar € 10.000,- zodat ze bureau Wow! kan openen.

Hoe wordt bureau Wow! ingeschreven in het handelsregister?
A
VOF
B
Eenmanszaak
C
CV
D
BV

Slide 5 - Quiz

Arie en Jochem zijn enkele jaren geleden een commanditaire vennootschap gestart: Koi & Zo. De vennootschap richt zich op het importeren van koikarpers en het aanleggen van natuurlijke koivijvers. Jochem is stille vennoot en bracht destijds € 10.000,- in om van start te kunnen. Inmiddels heeft ook Jochem een door Arie aangelegde vijver waar hij dol op is. Tijdens een vakantie in Brazilië komt Jochem in contact met een leverancier van een bijzondere waterplant die met name voor de gezondheid van de koikarpers een aanwinst is voor elke vijver. Zonder nadenken importeert Jochem een zending van deze planten: dit is immers goed voor Koi & Zo en dus voor de winst!

Welke gevolgen heeft de actie van Jochem voor zijn aansprakelijkheid?
A
Jochem wordt net als Arie hoofdelijk aansprakelijk.
B
De actie heeft geen gevolgen voor zijn aansprakelijkheid.
C
Hij draagt in zijn eentje verantwoordelijkheid voor de hele zending waterplanten.
D
Ze worden automatisch een Besloten Vennootschap

Slide 6 - Quiz

Bea en Willemijn runnen samen een vennootschap onder firma. Bea heeft een huurhuis. Van het geld dat ze met de vennootschap onder firma verdienen, gaat Bea zo vaak mogelijk op reis. Willemijn werkt meer uren in de zaak en vindt dat ook prima. Willemijn is getrouwd in gemeenschap van goederen en heeft veel meer vaste lasten. Ze heeft een eigen auto, een koophuis en ze spaart elke maand € 300,- op een spaarrekening. Dan gaat het mis: de markt stort in en Bea en Willemijn zien hun schulden groeien. Bij Bea is echter niets te halen
A
Schuldeisers mogen slechts voor de helft aanspraak maken op het privévermogen van Willemijn.
B
Schuldeisers mogen geheel aanspraak maken op het privévermogen van Willemijn.

Slide 7 - Quiz

Jos en Ton beginnen samen een cafetaria. Ze kiezen ervoor de cafetaria als vennootschap onder firma in te schrijven bij het handelsregister.

Welke is niet van toepassing op Jos, Ton en hun cafetaria?

A
Jos en Ton zijn met hun hele privévermogen aansprakelijk voor eventuele schulden van hun cafetaria.
B
Als 1 van hen ermee stopt, stopt automatisch ook de cafetaria.
C
De winst wordt verdeeld naar vermogensinbreng.
D
Jos en Ton moeten jaarlijks hun jaarrekening presenteren.

Slide 8 - Quiz

Hoe dient een cv ingeschreven te worden in het handelsregister?


A
vormvrij, onder vermelding van de beherende vennoot/vennoten
B
middels een notariële akte zonder de naam van de stille vennoot/vennoten
C
zonder akte, onder vermelding van de beherende en stille vennoot/vennoten
D
Hij hoeft niet te worden ingeschreven

Slide 9 - Quiz

Welke wettelijke verplichting geldt er voor de eenmanszaak ten aanzien van het deponeren van de jaarcijfers
A
Geen
B
Gedeeltelijke publicatieplicht
C
Volledige publicatieplicht

Slide 10 - Quiz

Martin wil een transportbedrijf beginnen. Zijn vrouw wil graag meedoen, maar blijft voorlopig ook nog werken bij haar werkgever. Voor Martin is continuïteit op de lange termijn het belangrijkst: zijn vrouw moet de zaak kunnen voortzetten als hij er niet meer is of niet meer in staat is te werken. Daarnaast wil Martin dat de aansprakelijkheid alleen bij het bedrijf ligt en dus niet bij hem of zijn vrouw.

Welke ondernemingsvorm is het geschiktst?
A
VOF
B
BV
C
CV
D
NV

Slide 11 - Quiz

Ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid bieden de meeste voordelen op het gebied van aansprakelijkheid.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Henk start een winkel in kantoorbenodigdheden op. Hij stort € 15.000,- in de zaak en moet over de winst vennootschapsbelasting betalen.
De 4 accountants bundelen hun krachten vormvrij en zijn voor een evenredig deel aansprakelijk voor eventuele schulden.
ICT-bedrijf Zero geeft aandelen aan toonder uit. Het aandelenkapitaal bedraagt minimaal € 45.000,-.
Maria runt een bloemenzaak. Zowel zij als haar man is hoofdelijk aansprakelijk, hoewel haar man zich in geen enkel opzicht met de zaak bemoeit en Maria alle zakelijke beslissingen zelfstandig neemt.
Sleep de rechtsvorm naar de juiste omschrijving
Eenmanszaak
Maatschap
Besloten Vennootschap
Naamloze Vennootschap

Slide 13 - Drag question

Hoofdstuk 9
Beleid, beslissen en plannen

Slide 14 - Slide

Eurokoop bv heeft beslist dat er binnen nu en 5 jaar 15% milieubewuster geproduceerd en verpakt moet worden. Dit vereist nieuwe machines. Jaap, logistiek manager bij Eurokoop bv, wordt gevraagd zorg te dragen voor het optimaliseren van het machinepark voor dit doel.

Welk soort beslissingen moet Jaap nemen?
A
Strategische beslissingen
B
Tactische beslissingen
C
Operationele beslissingen
D
Projectmatige beslissingen

Slide 15 - Quiz

Henk is werkzaam bij een distributiecentrum. Hij is verantwoordelijk voor het correct klaarzetten van vrachten. Zo bepaalt hij waar een chauffeur mag laden en de manier waarop bestellingen worden klaargezet. De planning hiervoor wordt gemaakt door zijn leidinggevende.

Welk soort beslissingen neemt Henk?
A
Strategische Beslissingen
B
Tactische beslissingen
C
Operationele beslissingen
D
Projectmatige beslissingen

Slide 16 - Quiz

Welke van de beweringen is/zijn juist?

A. Het beleid van een bedrijf is erop gericht strategische doelen te behalen.
B. Externe invloeden kunnen van invloed zijn op de strategie.

A
A is juist
B
B is juist
C
Beide zijn onjuist
D
Beide zijn juist

Slide 17 - Quiz

Welke is niet waar:
KPI's dienen voor:



A
het meten van de voortgang van doelstellingen
B
het analyseren van de voortgang van doelstellingen
C
het oplossen van dagelijkse problemen
D
het bijsturen op doelstellingen

Slide 18 - Quiz

Welke van de volgende beweringen is/zijn juist?

A. Het businessmodel canvas kun je gebruiken om je afdelingsplan mee te schrijven.
B. Een logistiek supervisor bepaalt zelf de doelen voor zijn afdelingsplan.
A
A is waar
B
B is waar
C
Beide zijn onwaar
D
Beide zijn waar

Slide 19 - Quiz

Hoofdstuk 5
Marketingplan

Slide 20 - Slide

Wat is de Visie en Missie van Warchild
A
Visie: Een oorlogskind helpen de toekomst te verbeteren Missie: Een toekomst in vrede voor alle oorlogskinderen
B
Missie: Een oorlogskind helpen de toekomst te verbeteren Visie: Een toekomst in vrede voor alle oorlogskinderen

Slide 21 - Quiz


Waar of niet waar?

Het in dienst hebben van goed opgeleid personeel is een voorbeeld van een kans.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quiz

Het aantal files op de wegen rondom het warehouse neemt toe. Dit is een voorbeeld van een bedreiging.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quiz

Een bedrijf dat CBB heet verkoopt nog steeds prepaid simkaarten.

Welk soort product is dit volgens de BCG-matrix?

A
Question mark
B
Star
C
Dog
D
Cash Cow

Slide 24 - Quiz

LIMCO brengt een nieuw soort tablet op de markt.

Welk soort product is dit volgens de BCG-matrix?

A
Question mark
B
Star
C
Dog
D
Cash Cow

Slide 25 - Quiz

Ilse bereidt de transport en logistiek gerelateerde beurzen voor die in de komende 3 maanden gepland staan en waar het bedrijf zich zal presenteren.

In welke fase van marketingplanning zit Ilse nu?
A
Fase 4: planning van het marketingprogramma.
B
Fase 5: organisatie en implementatie van het marketingprogramma.
C
Fase 6: meting en evaluatie van de resultaten.

Slide 26 - Quiz

Doelen die een organisatie stelt, moeten SMART geformuleerd worden.

Waarvoor staan de letters SMART?
A
specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdgebonden
B
strategisch, meetbaar, ambitieus, realistisch, tijdgebonden
C
strategisch, magisch, acceptabel, relatief , tijdsgebonden
D
specifiek, meetbaar, ambitieus, relatief, tijdgebonden

Slide 27 - Quiz

Hoofdstuk 4
Marketingmix

Slide 28 - Slide

Waaruit bestaat de marketingmix

Slide 29 - Open question

De prijs is het belangrijkste instrument voor het succes van het bedrijf.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quiz

Wat is een prijsvechter?
A
een bedrijf dat ervoor kiest om de goedkoopste op de markt te zijn
B
een bedrijf dat ervoor kiest om de duurste op de markt te zijn
C
een bedrijf dat ervoor kiest om in het midden van de markt te blijven, niet de duurste en niet de goedkoopste
D
Een bedrijf dat ervoor vecht om de prijs zo goedkoop mogelijk te houden op basis van de kostprijs

Slide 31 - Quiz

Welke prijsstellingsmethodes zijn er?

Slide 32 - Open question

Het bedrijf hanteert verschillende prijzen voor verschillende klanten doordat de kosten voor het product per afnemersgroep verschillen.
Door een betere service te bieden dan de concurrent kan het bedrijf zich permitteren om een hogere prijs te vragen.
Het bedrijf vraagt voor dezelfde producten of diensten verschillende prijzen aan verschillende klanten.
Het bedrijf houdt de prijs bewust laag om concurrenten uit de markt te werken.
Maak de juiste combinaties
Het bedrijf baseert zijn prijzen op de gemiddelde prijs van de concurrenten in plaats van op de waarde van het product of de dienst.
Prijsdiscriminatie
Prijsdifferentiatie
Put-out pricing
Premium pricing
Going-rate pricing

Slide 33 - Drag question

Waarom is personeel belangrijk voor een bedrijf?
A
Medewerkers zorgen dat het werk wordt gedaan dat nodig is om het product of de dienst te verkopen.
B
Medewerkers zijn een grote kostenpost voor een bedrijf en zijn daarom belangrijk.
C
Medewerkers bepalen voor een groot deel of de klanten terugkomen.
D
Medewerkers zijn schaars en moeten bij je willen werken

Slide 34 - Quiz

Een logistiek warehouse gaat zich naast warehousing voor goederen van huidige klanten ook richten op de opslag van gevaarlijke stoffen voor nieuwe klanten.

Welke groeistrategie past het bedrijf toe?
A
Marktontwikkeling
B
Diversificatie
C
Marktpenetratie
D
Productontwikkeling

Slide 35 - Quiz

Een logistiek warehouse wil de dienstverlening aan zijn klanten verbeteren. Naast warehousing gaan zij zich ook richten op transport en koopt een aantal vrachtwagens.

Welke groeistrategie past het bedrijf toe?

A
Marktontwikkeling
B
Diversificatie
C
Marktpenetratie
D
Productontwikkeling

Slide 36 - Quiz

Dex heeft een webshop waar hij onderdelen voor scooters verkoopt. Hij doet onderzoek om te bepalen welke prijs hij kan vragen voor een uitlaat.

Welke methode hanteert Dex om de verkoopprijs te bepalen?
A
Concurrentie georiënteerde prijsstelling
B
Vraag georiënteerde prijsstelling
C
Kosten georiënteerde prijsstelling
D
Onderzoek georiënteerde prijsstelling

Slide 37 - Quiz

Je gaat een nieuw logistiek opslag en overslag bedrijf beginnen in Rotterdam. Welke vorm van promotie kies je en waarom?

Slide 38 - Open question

Hoofdstuk 3
Wat is Marketing

Slide 39 - Slide

Karim is directeur van een transportbedrijf dat distributieritten verzorgt in een grote stad. Het bedrijf heeft een omzet van € 600.000,-. De grootste concurrent heeft een omzet van € 300.000,- en de overige transportbedrijven hebben een omzet van €100.000,-.

Wat is het marktaandeel van het transportbedrijf van Karim?
A
20%
B
40%
C
60%
D
100%

Slide 40 - Quiz

Peter werkt bij een bedrijf waar ze tuinmachines verkopen. Het bedrijf waar Peter werkt, verkoopt per jaar 1.500 maaimachines van merk X. In totaal worden er in Nederland van merk X 20.000 maaimachines verkocht.

Wat is het marktaandeel van het bedrijf waar Peter werkt?
A
0,75%
B
7,5%
C
27,67%
D
13,33%

Slide 41 - Quiz

Hussan koopt altijd direct de nieuwe iPhone als deze is uitgebracht op de markt.

Tot welke groep consumenten behoort Hussan in de productlevenscyclus?
A
Laggards
B
Late majority
C
Early adaptors
D
Innovators

Slide 42 - Quiz

Plaats de producten op de plaats in de productlevenscyclus waarvan jij denkt dat deze het beste past.
Innovators
Early adopters
Early majority
Late majority
Laggards

Slide 43 - Drag question

Fabrikanten die zonder tussenkomst van andere schakels hun producten direct aan consumenten verkopen, voeren een F2C, factory to consumer-strategie.

Wat zijn de belangrijkste voordelen voor een fabrikant om een F2C-strategie te voeren?
A
besparing op marketingcampagnes en hogere winstmarge
B
lagere distributiekosten en de marge van de retailer blijft in handen van de fabrikant
C
snellere service aan consumenten en door meer verkopen een hogere winst
D
Je werkt beter samen in de supply chain

Slide 44 - Quiz

Basisschool De Regenboog heeft boeken nodig voor het nieuwe schooljaar. De school besluit voor € 12.500,- bij BoekXL te kopen en voor € 7.500,- bij boek.com.

Wat is de share of wallet van BoekXL?
A
15%
B
37,5%
C
45%
D
62,5%

Slide 45 - Quiz