Week 47 - H6: §6.1 t/m 6.7 (flexles)

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Vandaag...

1. Leerdoelen deze les
2. Uitleg H6 Markten - §6.1 t/m 6.7
   
3. Zelfstandig werken
   
4. Afsluiten

Leerdoelen, aan het einde van de les kun je...

1. Uitleggen wat consumenten en producenten zijn.
   
2. Uitleggen wat goederen en diensten zijn.
   
3. Een vraaglijn tekenen op basis van de gegevens en een vergelijking.
   
4. Een aanbodlijn tekenen op basis van de gegevens en een vergelijking.
   
5. Het verschil uitleggen tussen de betalingsbereidheid en leveringsbereidheid.

Consumenten en producenten

• Consumenten kopen goederen en diensten om daarmee in hun behoeften te voorzien.
  
• Producenten zijn particuliere bedrijven of de overheid die goederen en diensten produceren.
  
• Goederen zijn tastbare of stoffelijke producten, zoals…
  
• Diensten zijn niet-tastbare of onstoffelijke producten, zoals…
  

Oefenen met Qa- en Qv-formulen

• Qv = aantal gevraagde stuks
  
• Qa = aantal aangeboden stuks
  
• P = de prijs (meestal in euro’s)

Welke van de volgende formules is de Qa-lijn? En welke is de Qv-lijn?

• Q? = -20P + 600
  
• Q? = 400P – 500

• Betalingsbereidheid = 
• Maximum bedrag dat een persoon bereid is te betalen om te kunnen beschikken over een product of een dienst.
  
• Gaat over de vraag van consumenten --> Qv-lijn.
  

• Leveringsbereidheid = 
• De prijs die een producent minimaal wil ontvangen voor een product.
  
• Gaat over het aanbod van producenten --> Qa-lijn.
  

Qv = -5P + 20
Qv is nul bij

1. P = 0
2. P = 5
3. P = 4
4. P = -5

Stelling: hier zijn 2 aanbodfuncties:
Qa = 15P - 600
Qa = -0,2P + 100

1. Alleen aanbodfunctie 1 is juist
2. Alleen aanbodfunctie 2 is juist
3. Beide aanbodfuncties zijn juist
4. Beide aanbodfuncties zijn onjuist

De blauwe lijn uit de afbeelding is een voorbeeld van een...

1. Aanbodlijn
2. Vraaglijn

Qv = -5P + 20
Qv is nul bij

1. P = 0
2. P = 5
3. P = 4
4. P = -5

Zelfstandig werken!

Wat? Leren voor toetsweek 1

Hoe? Zelfstandig & in stilte

Hulp? Vraag het aan de docent!

Tijd? Tot het einde van de les.

Klaar? Nakijken! (antwoordboekje staat online)

Wat heb je geleerd?

Wat heb je geleerd?