Wat: Lees de tekst van de leerling en schrijf op of de weggelaten woorden bezittelijke of persoonlijke voornaamwoord zijn. Leg uit waarom. Bepaal daarna de spelling. Schrijf je antwoord op in het schema
Hoe: Werk in tweetallen en daag elkaar uit keuzes te onderbouwen.
Hulp: Kijk de video's een terug. Kom je er niet uit, vraag een ander tweetal.
Tijd: 20 minuten
Uitkomst: Een ingevuld schema
Klaar: Kijk eens goed naar de tekst. Zijn er nog meer persoonlijke of bezittelijke voornaamwoorden?