KM2A 14 jan

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Nederlands

Huiswerk = opdracht 4 blz. 94

Pak boek  + schrift voor je 

Programma

- Opfrissen 

- Nakijken huiswerk

- Woordenschat h3 blz. 76 startopdracht

- Theorie

- Opdracht 1

- Aan de slag

- Opmerking mentorzaken

- Afsluiten 

Aan welke woorden herken je een mening en een argument?

4.1 Wat is het onderwerp van de tekst?

1. Dierentuinen moeten verboden worden
2. Het nieuwe plan van de Partij voor de Dieren
3. Nadelen van dierentuinen

4.2 In alinea 3 staan twee argumenten van de PvdD tegen fokprogramma's. Noteer deze argumenten.

4.3 Welke mening van de Nederlandse Vereniging van Dierentuinen staat in alinea 4?

4.4 Hoeveel argumenten geeft de Nederlandse Vereniging van Dierentuinen in alinea 4 voor haar mening? Aan welk signaalwoord herken je de argumenten?

4.5 Lees de titel van tekst 5. Wie vindt dat?

1. Alle mensen in Nederland
2. De Partij voor de Dieren
3. De schrijver van de tekst
4. De Tweede Kamer

4.6 Wat is het doel van deze tekst?

1. Overtuigen dat de dierentuinen op moeten blijven.
2. Overtuigen dat dierentuinen verkeerd zijn.
3. Informeren over het plan van de PvdD
4. Informeren over voor- en nadelen van dierentuinen.

4.7 Geeft de titel van de tekst de hoofdgedachte weer?

1. Ja, want daar gaat de tekst over
2. Nee, want de titel is niet volledig. Nu lijkt het net of de schrijver dat vindt.
3. Ja, want de PvdD wil dat de dierentuinen verboden worden
4. Nee, daar gaat de tekst niet over.