H3- Metalen, zouten en moleculaire stoffen

Maak een begrippenkaart
Gebruik de begrippen: metalen, atomen, niet-metaal atomen, zouten, metaalatomen en moleculaire stoffen.
timer
3:00
1 / 21
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Maak een begrippenkaart
Gebruik de begrippen: metalen, atomen, niet-metaal atomen, zouten, metaalatomen en moleculaire stoffen.
timer
3:00

Slide 1 - Slide

Atomen
Niet-metalen
atomen
Metalen
atomen
Metalen
Zouten
Moleculaire stoffen
microniveau

macroniveau

Slide 2 - Slide

Metalen

Slide 3 - Slide

Metalen
Elektron kan vrij bewegen

Slide 4 - Slide

Metalen
Tussen alle metaal atomen 
een metaalbinding


Slide 5 - Slide

Dit is WEL een metaal

Dit is NIET een metaal

AlO
C6H12O6
K
KAlSO4
ZnAl
CuSn
CH4

Slide 6 - Drag question

Legering
Wanneer een metaal bestaat uit meerdere soorten metaalatomen, is er sprake van een legering.

Slide 7 - Slide

Zouten

Slide 8 - Slide

Elektron in metaalatoom gaat naar niet-metaal atoom

Slide 9 - Slide

Zouten
Ionen: geladen atomen

Slide 10 - Slide

Zouten
NaCl
KNO3
CaSO4
CuSO4

Slide 11 - Slide

Begrippenkaart
Maak een begrippenkaart met de begrippen van paragraaf 3.2
Markeer de begrippen op microniveau.
Huiswerk vrijdag!

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Atomen
Niet-metalen
atomen
Metalen
atomen
Metalen
Zouten
Moleculaire stoffen
microniveau

macroniveau

Slide 14 - Slide

Na vandaag kunnen jullie...!
Atoombindingen en Vanderwaalsbindingen uitleggen en onderscheiden op microniveau.

Eigenschappen van metalen, zouten en moleculaire stoffen benoemen op macroniveau

Slide 15 - Slide

Moleculaire stoffen

Slide 16 - Slide

 
Delen van elektronen geeft een atoombinding, ook wel een covalente binding

Slide 17 - Slide

Covalentie
Hoeveel atoombindingen 
een atoom kan maken.

Slide 18 - Slide

Vanderwaals 
bindingen
Alleen bij moleculaire
stoffen

Slide 19 - Slide

Demo: geleiding
https://www.youtube.com/watch?v=aOx7FKBA4Fw

Slide 20 - Slide

Begrippenkaart
Maak een begrippenkaart met de begrippen van paragraaf 3.2
Markeer de begrippen op microniveau.
Huiswerk maandag!

Slide 21 - Slide