Les 3 - Moleculaire stoffen

Moleculaire stoffen
Hoofdstuk 3

Deze les: Leerdoelen 7 + 8 + 9
1 / 38
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Moleculaire stoffen
Hoofdstuk 3

Deze les: Leerdoelen 7 + 8 + 9

Slide 1 - Slide

Planning
  • Vragen stellen
  • Leerdoelen

  • Voorkennis
  • Uitleg

  • Evaluatie
  • Aan de slag

Slide 2 - Slide

Vragen (over opdrachten...)??

Slide 3 - Slide

Leerdoelen 1
□ 7. Je kunt op microniveau uitleggen waardoor een moleculaire stof geen stroom kan geleiden;
o a. Je weet de ‘voorwaarde’ van elektriciteitsgeleiding: elektronen moeten vrij kunnen bewegen.

Slide 4 - Slide

Leerdoelen 2
□ 8. Je kunt op microniveau uitleggen hoe de atomen in een moleculaire stof gebonden zijn;
o a. Je weet dat atomen in een moleculaire stof bij elkaar gehouden worden door een atoombinding,
o b. Je weet wat een covalente binding inhoudt,
o c. Je weet wat een polaire atoombinding inhoudt en dat de binding tussen O-H en N-H polair zijn,
o d. Je weet dat de covalentie het aantal maximale atoombindingen is, dat een atoom aan kan gaan,
o e. Je weet hoe je de covalentie van een atoom kan bepalen, met behulp van Binas.
o f. Je weet wat een Lewisstructuur is en kan een eenvoudige Lewisstructuur tekenen


 §3.3 - opdr. 12, 13, 14, 16
Extra Werkblad 3 - Opdr. 1, 2, 3, 4

 Covalente binding
Covalente binding

Polaire covalente atoombinding




    o e. Je weet hoe je de covalentie van een atoom kan bepalen, met behulp van ScienceData.

Slide 5 - Slide

Sleep de molecuulformules naar het juiste vakje (soort stof)
moleculaire stof
metaal
zout
F2
CaCl2
Na
C6H12O6
Ca
CaO2

Slide 6 - Drag question

Soorten stoffen
Cu = koperatoom = metaal-atoom
de stof koper is dus een metaal

CuO = koperatoom + zuurstofatoom =
metaal-atoom + niet-metaalatoom 
de stof koperoxide is dus een zout

H2O = waterstofatomen + zuurstofatoom = allebei niet-metaalatomen
de stof water is dus een moleculaire stof

Slide 7 - Slide

Moleculaire stof
  • Bestaan uit niet-metaalatomen -> rechts in Periodiek systeem

  • De binding tussen de atomen noemen we: 
  • -> atoombinding of covalente binding


  • => apolaire atoombinding
  • => polaire atoombinding

Slide 8 - Slide

Atoombinding
  • De binding tussen 2 niet-metaal atomen 

  • Ontstaat doordat atomen elektronen delen 

Slide 9 - Slide

Covalente binding tussen twee H atomen (H - H) bestaat uit een gedeeld elektronenpaar
De covalente binding
bestaat uit een gedeeld elektronenpaar

Slide 10 - Slide

Gedeeld elektronenpaar
  • Atomen willen evenveel valentie-elektronen als de edelgassen
  • => door een binding aan te gaan met een ander atoom

  • Er wordt een gedeeld elektronenpaar gevormd.
  • Dit paar wordt ook wel atoombinding of covalente binding genoemd.

  • Heel sterke binding! (vergelijkbaar met metaalbinding en ionbinding)
  • => Verbreekt alleen bij chemische reactie

Slide 11 - Slide

Covalentie
  • Het aantal bindingen dat een atoom kan aangaan of aantal   valentie elektronen die het atoom nodig heeft voor   edelgasconfiguratie. 
  • Af te leiden aan de groep van het atoom in het periodiek   systeem (Tabel 99). Bijvoorbeeld koolstof (C) = groep 14 --> 4   elektronen nodig voor volle valentieschil dus covalentie 4.
  • Probeer dit zelf voor zuurstof en waterstof.

Slide 12 - Slide

apolaire atoombinding 
tussen H - H  
bestaat uit een elektronenpaar
polaire atoombinding 
H - O 

Slide 13 - Slide

Apolaire atoombinding
Tussen atomen 

  • Atomen trekken even hard aan elektronen
  • Elektronen paar bevindt zich in het midden
Polaire atoombinding
Tussen bijv. H - O & H - N

  • Ene atoom trekt harder aan de elektronen
  • Elektronen bevinden zich dichter naar 1 atoomsoort

Slide 14 - Slide

Elektronegativiteit (EN)
Tabel 40A Binas
EN (chloor) = 3,2
EN (waterstof) = 2,1
verschil = 3,2 - 2,1 = 1,1 --> polaire atoombinding

Slide 15 - Slide

Atoombinding
  • Sterke binding tussen atomen in een molecuul


Slide 16 - Slide

Atoombinding
  • Geleiden géén stroom...
  • Elektronen zitten 'vast' (worden door atomen gedeeld)

Slide 17 - Slide

Lewisstructuur
Structuurformule waarin zowel de bindende als niet-bindende valentie-elektronen zijn getekend. 
Gilbert Lewis tekende de valentie-elektronen als puntjes.

Slide 18 - Slide

Voorbeeld stuctuurformule vs lewisstructuur 

Slide 19 - Slide

Voorbeeld H2O

Slide 20 - Slide

Water is een...
A
zout
B
moleculaire stof
C
metaal

Slide 21 - Quiz

Kraanwater kan stroom geleiden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quiz

Wat is het verschil tussen kraanwater en puurwater, dat het verschil in geleiding verklaart?

Slide 23 - Open question

Puur water kan stroom geleiden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

Kijk naar de afbeelding hiernaast =>

Is dit een moleculaire stof?
A
Ja
B
Nee

Slide 25 - Quiz

Kijk naar de afbeelding hiernaast =>

Bevat deze stof covalente bindingen?
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quiz

Kijk naar de afbeelding hiernaast =>

Bevat deze stof polair covalente bindingen?
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quiz

Welk(e) van de onderstaande stof(fen) bevat(ten) covalente binding(en)
A
Ne
B
K2O
C
SnCu
D
CH4

Slide 28 - Quiz

Welk(e) van de onderstaande stof(fen) bevat(ten) polair covalente binding(en)
A
F2
B
K2O
C
NH3
D
CH4

Slide 29 - Quiz

Welk(e) van de onderstaande stof(fen) bevat(ten) polair covalente binding(en)
A
C3H7OH
B
K2O
C
SO3
D
C2H6

Slide 30 - Quiz

Filmpje 1
De covalente binding [1]

Leerdoel 7

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Filmpje 2
De covalente binding [2]

Leerdoel 7

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Filmpje 3
De polaire covalente binding

Leerdoel 7

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Filmpje 4
Moleculaire stoffen

Leerdoel 8

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video