Land A: apt +6% en totale productie +4%, dus kun je met minder mensen evenveel of meer produceren.
Dus werkgelegenheid is afgenomen.
Land B: apt +12% en totale productie +14%, waardoor je meer mensen nodig hebt om de toegenomen productie te kunnen maken.
Dus werkgelegenheid is gestegen.
Land C: apt -3% en de totale productie -6%, waardoor de gedaalde productie met minder mensen gemaakt kan worden. Werkgelegenheid is afgenomen.