Herhalingsles Grammatica 1Ta/1Th 22-01-2021

Vandaag
herhalingsles grammatica


1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Vandaag
herhalingsles grammatica


Slide 1 - Slide

Stappenplan
Plaats de zinsdelen in de juiste volgorde, hoe je een zin moet ontleden.
gezegde
onderwerp
persoonsvorm
zinsdelen
lijdend voorwerp

Slide 2 - Drag question

Verdeel de volgende zin in zinsdelen. Doe dit door tussen de zinsdelen een / te zetten.

Vorige week heeft de moeder van mijn vriendin een ongeluk gehad aan de Storminkstraat.

Slide 3 - Open question

Verdeel de volgende zin in zinsdelen. Doe dit door tussen de zinsdelen een / te zetten.

Op de markt staan op vrijdag altijd de lekkerste eetkraampjes.

Slide 4 - Open question

Benoem de zinsdelen.
PV =
Gz = 
OW = 
LV = 
Overig
Waarom
doen
jullie
je werk
niet?

Slide 5 - Drag question

Sleep de zinsdelen naar de juiste plek. Let op... soms staan er twee zinsdelen in één vak.
wwg
ond
overig
Hij
had
de moed
al
opgegeven.

Slide 6 - Drag question

Sleep de zinsdelen naar de juiste plek. Let op... soms staan er twee zinsdelen in één vak.
wwg
ond
overig
Voor zijn verjaardag
vraagt
mijn broer
een vishengel.

Slide 7 - Drag question

Sleep de zinsdelen naar de juiste plek. Let op... soms staan er twee zinsdelen in één vak.
wwg
ond
overig
Mijn oom
gaat
naar het ziekenhuis.

Slide 8 - Drag question

Ontleed de volgende zin volledig. Alles wat je overhoudt, zeg je onder 'overig'.

Buiten zie je steeds mensen lopen.

Slide 9 - Open question

Ontleed de volgende zin volledig. Alles wat je overhoudt, zeg je onder 'overig'.

Vakkenvullers van Albert Heijn verdienen een goed salaris.

Slide 10 - Open question

voor 1Ta

Mijn moeder is tevreden met haar nieuwe jas.

Slide 11 - Open question

tot zover de zinsdelen...
Nu krijg je nog wat opdrachten over woordbenoemen.
De eerste 2 opdrachten zijn sleepvragen. Daarna volgen multiple choice. Per mc heb je 20 sec. bedenktijd.

Slide 12 - Slide

Daarom hebben twee Rotterdammers hun hond laten klonen in Zuid-Korea.
HWW
ZWW
hebben
laten
klonen

Slide 13 - Drag question

voor 1ta
Door de gekloonde hond lijken de eigenaren daar echter niet heel verdrietig om te zijn.
HWW
KWW
ZWW
lijken
zijn

Slide 14 - Drag question

Heerenveen =
A
Lidwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Bijvoeglijk naamwoord
D
Stoffelijk zelfstandig naamwoord

Slide 15 - Quiz


A
lidwoord
B
bijvoeglijk naamwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
werkwoord

Slide 16 - Quiz


A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
bijvoeglijk naamwoord

Slide 17 - Quiz

Jumbo
A
Lidwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 18 - Quiz

Aardig
A
Lidwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 19 - Quiz

rijdt
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
voorzetsel

Slide 20 - Quiz

zelfstandig werkwoord of hulpwerkwoord?

Ik heb gegeten
heb = .....
A
zelfstandig werkwoord
B
hulpwerkwoord

Slide 21 - Quiz

zelfstandig werkwoord of hulpwerkwoord?

Ik heb gefietst
gefietst = .....
A
zelfstandig werkwoord
B
hulpwerkwoord

Slide 22 - Quiz





Wie dat durft, vind ik best stoer.
A
durft = hulpwerkwoord vind = zelfstandig werkwoord
B
durft = zelfstandig werkwoord vind = zelfstandig werkwoord
C
durft = hulpwerkwoord vind = koppelwerkwoord
D
durft = zelfstandig werkwoord vind = koppelwerkwoord

Slide 23 - Quiz

Syrinx was nogal dominant.

was =
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
koppelwerkwoord

Slide 24 - Quiz

Hij is een delicatesse!
is =
A
koppelwerkwoord
B
hulpwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord

Slide 25 - Quiz

Een zelfstandig werkwoord kun je weglaten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz