- Leerlingen thuis - 2e Uitleg Paragraaf 11.1 - Zelfstandig werken (op dit punt mogen de leerlingen thuis uit de vergadering) - Afsluiting
Lesdoelen: - Aan het einde van de les weet iedereen wat herleiden is. - Aan het einde van de les kan iedereen optellen en aftrekken met variabelen.
Slide 2 - Slide
Leerlingen thuis
Je kijkt/luistert mee met de uitleg. Daarna ga je zelfstandig aan het werk. (Je mag natuurlijk ook alvast beginnen terwijl ik nog aan het uitleggen ben.)
Je mag de vergadering uit bij de dia ''Zelfstandig werken''.
Slide 3 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Met variabelen (letters dus), kun je ook rekenen. Bijvoorbeeld:
a+a+a=
Slide 4 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Met variabelen (letters dus), kun je ook rekenen. Bijvoorbeeld:
a+a+a=3a
Slide 5 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Met variabelen (letters dus), kun je ook rekenen. Bijvoorbeeld:
a+a+a=3a
a+5b−2b=
Slide 6 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Met variabelen (letters dus), kun je ook rekenen. Bijvoorbeeld:
a+a+a=3a
a+5b−2b=a+3b
Slide 7 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Met variabelen (letters dus), kun je ook rekenen. Bijvoorbeeld:
Kan nu niet meer korter, want je kan a's en b's niet combineren. (Het idee dat je appels en bananen niet samen kan nemen)
a+a+a=3a
a+5b−2b=a+3b
Slide 8 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Dat korter opschrijven van formules noemen we herleiden. Je kan dus de formule:
herleiden naar:
f=15a−3b+2b−6a+5b
Slide 9 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Dat korter opschrijven van formules noemen we herleiden. Je kan dus de formule:
herleiden naar:
f=15a−3b+2b−6a+5b
15a+−6a=
Slide 10 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Dat korter opschrijven van formules noemen we herleiden. Je kan dus de formule:
herleiden naar:
f=15a−3b+2b−6a+5b
15a+−6a=
−3b+2b+5b=
Slide 11 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Dat korter opschrijven van formules noemen we herleiden. Je kan dus de formule:
herleiden naar:
f=15a−3b+2b−6a+5b
15a+−6a=9a
−3b+2b+5b=
Slide 12 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Dat korter opschrijven van formules noemen we herleiden. Je kan dus de formule:
herleiden naar:
f=15a−3b+2b−6a+5b
15a+−6a=9a
−3b+2b+5b=4b
Slide 13 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Dat korter opschrijven van formules noemen we herleiden. Je kan dus de formule:
herleiden naar:
f=15a−3b+2b−6a+5b
15a+−6a=9a
−3b+2b+5b=4b
f=9a+4b
Slide 14 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Grotere formules herleiden. 3k - 6f + 3e + 5k - e - 9f =
Slide 15 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Grotere formules herleiden. 3k - 6f + 3e + 5k - e - 9f = 2e +
Slide 16 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Grotere formules herleiden. 3k - 6f + 3e + 5k - e - 9f = 2e + - 15f
Slide 17 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Grotere formules herleiden. 3k - 6f + 3e + 5k - e - 9f = 2e - 15f +
Slide 18 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Grotere formules herleiden. 3k - 6f + 3e + 5k - e - 9f = 2e - 15f + 8k
Slide 19 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Grotere formules herleiden. 3k - 6f + 3e + 5k - e - 9f = 2e - 15f + 8k
Schrijf formules altijd op alfabetische volgorde.
Slide 20 - Slide
Uitleg 11.1: Variabelen optellen/aftrekken
Laatste opmerking: Verschillende letters kan je dus niet samennemen. Dat betekent dat een formule als: K = 6a - 4b niet korter te schrijven is. Als je wordt gevraagd om deze te herleiden, geef je dus als antwoord: Kan niet korter (of KNK)
Slide 21 - Slide
Zelfstandig Werken
Werk verder aan paragraaf 11.1 (Heb je die klaar en nagekeken, dan kan je alvast kijken naar 11.2) (Leerlingen thuis mogen nu de vergadering uit.)
Slide 22 - Slide
Afsluiting
Controlevraag. Herleid de twee uitdrukkingen hieronder. 1. k + 3f - 22p + 5f + 13p - 4f