H4 TV verkleinwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Telefoon in de koffer

Jas aan de kapstok

Pak je leesboek.

Laptop dicht op tafel. 

socialiseren

stil lezen

praten over je boek

Korte instructie

Zelfstandig werken

Evaluatie

Stil lezen

Praten over je boek

Aan het eind van de les weet je hoe je woorden moet verkleinen. 

Instructie verkleinwoorden

Paard. 

Een baby paard heet een veulen. Een veulen is een jong paardje.

Kip

Een baby kip heet een kuiken. Een kuiken is een jong kippetje. 

Koe

Een baby koe heet een kalf. Een kalf is een jong koetje.

Verkleinwoorden

Je kunt een zelfstandig naamwoord verkleinen. Een verkleinwoord maak je meestal door het achtervoegsel -je achter een zelfstandig naamwoord te plakken:

huis – huisje, stok – stokje.

Verkleinwoorden

Soms moet je ook nog iets anders veranderen. Bijvoorbeeld:

• stoel – stoeltje; schoen – schoentje    -->  + tje    

• boom – boompje; scherm – schermpje  -->  + pje

• ketting – kettinkje; koning – koninkje  -->  g wordt k

• auto – autootje; café – cafeetje  -->  extra klinker

• stem – stemmetje; man – mannetje  -->  extra medeklinker

• ring – ringetje; tekening – tekeningetje -->  + etje

Verkleinwoorden

Nu jullie:

hond 

slang 

wang

dop 

legging

lam  

-tje

-pje

-kje

-etje

extra letter

Zelfstandig werken

Jullie gaan de opdrachten maken van Hoofdstuk 4 - Taalverzorging - verkleinwoorden. Opdracht 1, 2 en 3 moeten deze les af. De resterende opdrachten zijn huiswerk. 

Evaluatie

Pak de kaartjes erbij. 

Goed of fout? 

Kettingetje

armpje

sokje

omatje

halletje

Heb je jouw lesdoel behaald? Wat ging makkelijk, wat was nog moeilijk?

Huiswerk

alle opdrachten van verkleinwoorden morgen af. 

Controle!

Morgen: Hoofdstuk 4b/ Kijken en luisteren.