2.8 schrijven & formuleren basis 2

Welkom
We starten met lezen...
timer
10:00
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
We starten met lezen...
timer
10:00

Slide 1 - Slide

 - 2.8 spelling

Doel: * je leert meervoud van woorden eindigend op - ie & -ee schrijven
* werkwoordspelling (tt / vt)

2.8 spelling blz. 135
Woorden die eindigen op - iën, -ieën en -eën.

Aan de slag

Slide 2 - Slide

Waar hebben we het gisteren ook alweer over gehad?

Slide 3 - Open question

Even oefenen nog..... (tt)

Slide 4 - Slide

Ik ... (worden) gek van de werkwoordspelling. (tt)

Slide 5 - Open question

Jij ... (worden) gek van de werkwoordspelling. (tt)

Slide 6 - Open question

... (Worden) jij ook zo moe van werkwoordspelling? (tt)

Slide 7 - Open question

Nog even oefenen.....(vt)

Slide 8 - Slide

De afgelopen les (besteden) we tijd aan werkwoordspelling. (vt)

Slide 9 - Open question

werkwoordspelling pv-vt
A
Zij begeleide de vrouw naar huis gisteren
B
Zij begeleidde de vrouw naar huis gisteren.

Slide 10 - Quiz

meervoud
2.8 spelling blz. 135
Woorden die eindigen op - iën, -ieën en -eën.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Meervouden 2.8 blz. 135

Meervoud op -ieën : Als de klemtoon op de laatste lettergreep valt : therapie – therapieën 
Meervoud op -iën Als de klemtoon niet op de laatste lettergreep valt: olie – oliën - bacterie-bacteriën
Meervoud op -eën
Als een woord in het enkelvoud op -ee eindigt : zee – zeeën 
                                                                                                    idee-ideeën

Slide 13 - Slide

Waar ligt de klemtoon?
genie
A
ge
B
nie

Slide 14 - Quiz

Hoe schrijf je het MV van genie?

Slide 15 - Open question

Waar ligt de klemtoon?
melodie
A
me
B
lo
C
die

Slide 16 - Quiz

Hoe schrijf je het MV van melodie?

Slide 17 - Open question



Ik vond deze les....

Slide 18 - Poll

Aan de slag
Meervoud van woorden op   -ieën ,-iën en -eën.
Maken blz. 135 opdr. 7, 8, 9 en 10 

Morgen gaan we achter de pc's werken aan de verwerkingsopdracht bij 'Wraak' en werken aan de presentatie (hand)



Slide 19 - Slide

Afsluiting les
Evaluatie: wat vond je van deze les?
interessant
duidelijk
onduidelijk
te snel
te langzaam
leerzaam
iets anders

Slide 20 - Poll

Leg de (kopie) van de (brief) maar in de die (doos).
A
kopieën - brieven - dozen
B
kopiën - brieven - dozen
C
kopieën - briefen - dozen
D
kopieën - brieven - doozen

Slide 21 - Quiz

Meervoud van PORIE
A
poriën
B
porieën
C
pories

Slide 22 - Quiz

Meervoud van parfumerie

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide