Week 12 Les op afstand

4.4
1 / 22
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

4.4

Slide 1 - Slide

Even een klein stukje herhalen
In het begin van het jaar hebben we het over mengsels en zuivere stoffen gehad. Mengsels zijn verschillende stoffen bij elkaar. Als je deze scheid, krijg je zuivere stoffen. 

Zuivere stoffen kun je ontleden tot elementen. Dat betekent dat zuivere stoffen ontleedbare stoffen zijn. Elementen kun je niet meer ontleden, dus dat zijn niet-ontleedbare stoffen

Slide 2 - Slide

Ontleedbare stoffen

Ontleedbare stoffen zijn zuivere stoffen die nog verder ontleed (afgebroken) kunnen worden. Als je ze afbreekt kom je bij niet-ontleedbare stoffen uit. 

Slide 3 - Slide

Niet-ontleedbare stoffen


Kun je een stof niet verder afbreken, dan is het een niet-ontleedbare stof. Dit worden elementen genoemd. 

Slide 4 - Slide

Scheiden of ontleden
Bij het scheiden van stoffen sorteer je de moleculen, maar ze veranderen niet. Scheiden is geen chemische reactie. 

Er verdwijnen geen stoffen en er verschijnen geen nieuwe stoffen. 

Slide 5 - Slide

Weer even een stukje terug
We gaan de komende tijd veel kijken naar moleculen en atomen. 

Maar wat zijn dit ook alweer?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Moleculen en atomen
Als je de symbolen van de moleculen en atomen goed weet kun je van reactieschema's, reactievergelijkingen maken. 

Vaak doen we dit naar aanleiding van een verhaaltjessom waarin over een chemische reactie wordt verteld. 

Slide 8 - Slide

Reactievergelijkingen
Een reactievergelijking ziet er zo uit:

Beginstoffen in formule met fases -> reactieproducten in formule met fases

Bijvoorbeeld de vorming van roest op een fiets, zie volgende pagina. 

Slide 9 - Slide

Roest
Als een fiets roest, gaat het ijzer in de fiets een verbinding aan met zuurstof. Er wordt dan de vaste stof ijzeroxide gemaakt (Fe2O3). 


Slide 10 - Slide

Uitwerking: Als een fiets roest, gaat het ijzer in de fiets een verbinding aan met zuurstof. Er wordt dan de vaste stof ijzeroxide gemaakt (Fe2O3). 
Onthoud, bij een chemische reactie krijg je wel andere moleculen, maar de aantallen  atomen veranderen niet! Voor de pijl heb je evenveel atomen van een stof, als na de pijl. 

Reactieschema: ijzer (s) + zuurstof (g) -> ijzeroxide (s)
Reactievergelijking: Fe2 (s) + O2 (g) -> Fe2O3 (s)

Klopt niet? Ik heb voor de pijl 2 ijzeratomen en na de pijl ook 2, maar voor de pijl 2 zuurstof atomen en na de pijl 3?  Hmm kijk even het volgende filmpje ;-)

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Reactieschema: ijzer (s) + zuurstof (g) -> ijzeroxide (s)
Reactievergelijking: Fe2 (s) + O2 (g) -> Fe2O3 (s)

Slide 13 - Slide

Nu zelf gaan oefenen

Slide 14 - Slide

0

Slide 15 - Video

Phet
Druk op de volgende link en ga naar inleiding. 

Onderin staan 3 oefeningen: 
- Het maken van ammonia
- Het ontleden van water
- Het verbranden van methaan
* Oefen deze stuk voor stuk in de volgende opdrachten. 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Water ontleden, maak de reactievergelijking gelijk, maak een screenshot en lever in.

Slide 18 - Open question

Ammonia maken, maak de reactievergelijking gelijk, maak een screenshot en lever in.

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Methaan verbranden, maak de reactievergelijking gelijk en maak een screenshot en lever in.

Slide 21 - Open question

Aan de slag
Lees Paragraaf 4 en maak de opdrachten. (15 min)

Vragen? Mail mij!

Slide 22 - Slide