Oefenvragen proefwerk 4.3 Lezen en 4.5 Woorden
1. Wat is het tekstdoel?2. Wat is het onderwerp van de tekst?
3. Heeft de tekst een tweedeling of driedeling?
4. Tekstverbanden: opsommend, tijdsvolgorde, tegenstellend, uitleggend
5. Waar verwijst dit woord naar?
6. Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
7. Wat is het leespubliek?
8. Kies de woordbetekenis of omschrijf de woordbetekenis.