Herhaling Hoofdstuk 8

Welkom HA12
Herhaling H8.
1 / 31
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom HA12
Herhaling H8.

Slide 1 - Slide

Planning
Herhaling:
Herleiden
Haakjes wegwerken
Wetenschappelijke notatie
rekenen met machten
Oefeningen.

Slide 2 - Slide

Optellen / aftrekken
Dit kan niet altijd.
Alleen gelijksoortige termen.

3a + 7b - 9a - 5b=
vermenigvuldigen
Dit kan altijd.


3a * 7b + 9a * -5b=

Slide 3 - Slide

Herleid:

2a+6b
A
8ab
B
12ab
C
k.n.k.

Slide 4 - Quiz

Herleid:

8x+7y14x3y
A
6x+4y
B
2xy
C
22x+10y

Slide 5 - Quiz

Herleid:

4a6b+3a2b
A
18ab
B
12a12b
C
30ab
D
k.n.k.

Slide 6 - Quiz

Haakjes wegwerken
3(2a+10)=6a+30

Slide 7 - Slide

Herleid:

3a(b4)+5(2a6)
A
3ab2a30
B
3ab+22a30
C
11ab
D
3ab8a

Slide 8 - Quiz

Herleid:

(5x6y)+3(4xy)
A
10xy
B
7x+3y
C
6xy
D
7x9y

Slide 9 - Quiz

Bereken de omtrek van het volgende figuur.
5+x
2-y

Slide 10 - Open question

Bereken de oppervlakte van het volgende figuur:
2
3+b

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Wetenschappelijke notatie
           Wetenschappelijke notatie:




Slide 13 - Slide

Schrijf 545000000 in de wetenschappelijke notatie.
  • Getal is altijd tussen 1 en 10.
  • De exponent geeft aan hoe veel nullen er zijn. (Hoeveel stapjes er naar links zijn gegaan)

Slide 14 - Slide

wetenschappelijke notatie:
567 000 000
A
5,67106
B
5,67107
C
56,7107
D
5,67108

Slide 15 - Quiz


Schrijf in de gewone notatie
1,236104
A
1,2360000
B
12360
C
12,36duizend
D
1236

Slide 16 - Quiz

Rekenen met machten

Slide 17 - Slide

Machten met een negatief grondtal
Wat is het verschil tussen:

                 (-4)3 =                 (-4)²=      
                  -43  =                 -4²   =

Slide 18 - Slide

bereken:

(5)3(4)2
A
111
B
109
C
7
D
23

Slide 19 - Quiz

bereken:

(3)2+(2)3
A
1
B
17
C
0
D
17

Slide 20 - Quiz

Herleid:

(1)2001
A
1
B
1
C
2001
D
2001

Slide 21 - Quiz

machten optellen
machten vermenigvuldigen
Kan niet altijd.
Alleen wanneer de exponent hetzelfde is.
Getallen bij elkaar optellen, grondtal en exponent blijft gelijk.

Kan altijd!
Getallen vermenigvuldigen, grondtal blijft de letter en de exponenten tel je bij elkaar op.


3x5+7x5=10x5
3x5+7x6=k.n.k.
4p49p4=36p8
4p79p4=36p11

Slide 22 - Slide

machten optellen
machten vermenigvuldigen
Kan niet altijd.
Alleen wanneer de exponent hetzelfde is.
Getallen bij elkaar optellen, grondtal en exponent blijft gelijk.

Kan altijd!
Getallen vermenigvuldigen, grondtal blijft de letter en de exponenten tel je bij elkaar op.


3x5+7x5=10x5
3x5+7x6=k.n.k.
4p49p4=36p8
4p79p4=36p11
(2x5)4=24x54=16x20
(p3q5)4=p34q54=p12q20

Slide 23 - Slide

machten optellen
machten vermenigvuldigen
Kan niet altijd.
Alleen wanneer de exponent hetzelfde is.
Getallen bij elkaar optellen, grondtal en exponent blijft gelijk.

Kan altijd!
Getallen vermenigvuldigen, grondtal blijft de letter en de exponenten tel je bij elkaar op.


3x5+7x5=10x5
3x5+7x6=k.n.k.
4p49p4=36p8
4p79p4=36p11
(2x5)4=24x54=16x20
(p3q5)4=p34q54=p12q20

Slide 24 - Slide

machten optellen
machten vermenigvuldigen
Kan niet altijd.
Alleen wanneer de exponent hetzelfde is.
Getallen bij elkaar optellen, grondtal en exponent blijft gelijk.

Kan altijd!
Getallen vermenigvuldigen, grondtal blijft de letter en de exponenten tel je bij elkaar op.


3x5+7x5=10x5
3x5+7x6=k.n.k.
4p49p4=36p8
4p79p4=36p11
(2x5)4=24x54=16x20
(p3q5)4=p34q54=p12q20

Slide 25 - Slide

machten optellen
machten vermenigvuldigen
Kan niet altijd.
Alleen wanneer de exponent hetzelfde is.
Getallen bij elkaar optellen, grondtal en exponent blijft gelijk.

Kan altijd!
Getallen vermenigvuldigen, grondtal blijft de letter en de exponenten tel je bij elkaar op.


3x5+7x5=10x5
3x5+7x6=k.n.k.
4p49p4=36p8
4p79p4=36p11
(2x5)4=24x54=16x20
(p3q5)4=p34q54=p12q20

Slide 26 - Slide

machten optellen
machten vermenigvuldigen
Kan niet altijd.
Alleen wanneer de exponent hetzelfde is.
Getallen bij elkaar optellen, grondtal en exponent blijft gelijk.

Kan altijd!
Getallen vermenigvuldigen, grondtal blijft de letter en de exponenten tel je bij elkaar op.


3x5+7x5=10x5
3x5+7x6=k.n.k.
4p49p4=36p8
4p79p4=36p11
(2x5)4=24x54=16x20
(p3q5)4=p34q54=p12q20

Slide 27 - Slide

Herleid:

5x36x4
A
30x12
B
k.n.k.
C
30x7
D
56x7

Slide 28 - Quiz

Herleid:

5x3+6x4
A
11x12
B
k.n.k.
C
11x7
D
30x7

Slide 29 - Quiz

Ik beheers alle lesstof.
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

Heb je moeite met het hoofdstuk?
Maak dan vooral veel opgaven.
Ga dus oefenen!
Oefening baart kunst :)
Bekijk filmpjes op youtube van math with Menno.

https://www.youtube.com/watch?v=2PoBlyHxX2Q&list=PLqmYEL-9zWjNVxc6UxwVXBCa5292jsCn2 
Leren voor de toetsweek:
Paragraaf 8.1
Paragraaf 8.2
Paragraaf 8.3
Paragraaf 8.4b
Paragraaf 8.5
Paragraaf 8.6

Op de toets mag je geen rekenmachine gebruiken!!

Slide 31 - Slide