1. Iedereen brengt een vraagstuk in. Deze worden opgeschreven op een flap. De groep maakt gezamenlijk een keuze (herkenbaarheid, urgentie, belang). Dit vraagstuk wordt verder besproken
2. De inbrenger licht het vraagstuk zo concreet mogelijk toe. Zet dit op een flap.
3. Elke deelnemer bedenkt een aantal vragen ter verheldering om de kern inzichtelijk te krijgen.
De vragen worden op een post-it (1 per blaadje) geschreven en om de beurt aan de inbrenger gesteld.
Denk aan vragen over de situatie, het gedrag en handelen van de inbrenger.
Streef naar open en niet-suggestieve vragen.
4. De inbrenger typeert de vraag als Warm of Koud en geeft kort antwoord op de vragen. Geen discussie in deze fase!
Wanneer je als groep rond een tafel zit kun je ze in twee groepen laten leggen.
- Warm: relevant, dichtbij het probleem, ‘eye-opener’
- Koud: niet direct een nieuw inzicht, al eerder gestelde vraag
Naar aanleiding van de gestelde vragen analyseert de inbrenger de situatie. Indien nodig herformuleren van het vraagstuk. Zet deze nieuwe formulering op de flap.
(als hier tijd voor is)
Roddelfase: ( de inbrenger gaat buiten de groep zitten en draait zich evt. om)
De anderen gaan nu het vraagstuk analyseren, alsof de inbrenger er niet bij is over:
- wat zij denken dat het echte probleem is
- wat hun advies is aan de inbrenger
Aandachtspunten:
- wees respectvol maar ook niet te voorzichtig
- neem in de analyse ook taalgebruik, woordkeus, non-verbale communicatie mee
- let met name op tegenstrijdigheden in het verhaal: bijvoorbeeld tussen
woorden (over toen) en houding (nu), wat hij wel en niet zegt .
De inbrenger luistert en maakt evt. aantekeningen
5. De inbrenger komt terug in de groep en vertelt wat hij heeft ervaren. Hoe het was om buiten de groep te zitten, wat raakte hem en wat vindt hij van de oplossing.
(let op: 8 en 9 alleen indien het nog iets kan opleveren)
6. De deelnemers schrijven vervolgens tips / adviezen op een post-it. Iedere deelnemer leest zijn tip hardop voor en geeft deze aan de inbrenger.
De inbrenger neemt ze in ontvangst zonder commentaar.
7. De inbrenger geeft aan met welke tips hij iets gaat doen
8. Vraag aan deelnemers wat zij zelf meenemen/ Korte evaluatie over het proces