A-geel: voegwoord (wk 10, les 1)

NT2, A0-A1
13-3-2023


1 / 25
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

NT2, A0-A1
13-3-2023


Slide 1 - Slide

Telefoons in de tas, alsjeblieft.

Slide 2 - Slide

Wat leer ik deze les?

  •                  Je leert hoe je langere zinnen kan maken door voegwoorden te gebruiken

  •                You will learn how to make longer sentences by using conjunctions.

Slide 3 - Slide

Wat gaan we doen?

  • Uitleg: conjuncties
  • Zelfstandig werken
  • Kahoot!
  • Spreken
  • DISK
  • Opdracht morgen


Slide 4 - Slide

Afspraken in de les 


  • Telefoon in de bak.
  • Niet eten.
  • Vraag? Steek je vinger op. Niet roepen!





Slide 5 - Slide

             Warm-up                     Wie is de dader?
Lees alles goed.
De dader heeft geen blond of grijs haar. 
De dader heeft geen snor. 
De dader heeft geen oorbellen. 
De dader heeft geen bruine ogen.

Wie is het?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

EN, MAAR, WANT, DUS, OF

Dit noemen we nevenschikkende voegwoorden......ze plakken een hoofdzin aan een hoofdzin
Even oefenen......

Slide 13 - Slide

Werkblad 1
Daarna bespreken.
timer
5:00

Slide 14 - Slide

'Ik werk in een winkel en ......'

Maak de zin af
A
... ik loop stage in een restaurant
B
...ik stageloop in een restaurant.

Slide 15 - Quiz

'Ik ben ziek, maar ik voel me goed.'

Wat is het voegwoord (conjunctie)?
A
ik
B
maar
C
ben
D
niet

Slide 16 - Quiz

Ik kan niet werken, .......... ik ben ziek.

Welk voegwoord past in de zin?
A
want
B
en
C
dus
D
maar

Slide 17 - Quiz

Ik ben ziek, ........ ik ga niet werken.
A
want
B
dus
C
en
D
maar

Slide 18 - Quiz

Zelfstandig werken
Van A tot Zin 4.10

Slide 19 - Slide

Bespreken antwoorden.

Slide 20 - Slide

Rollenspel

Slide 21 - Slide

Bestudeer de woordenlijst
timer
5:00

Slide 22 - Slide

Party en Taal

  • Omschrijven = describe
  • Uitbeelden = act out
  • Tekenen = draw
  • Liplezen = lipsync


Slide 23 - Slide

Vervangende opdracht
Morgen is er het 7e, 8e en 9e uur geen NT2. Je maakt daarom een opdracht.

Kijk een Nederlandse film en maak hierover een presentatie (ppt). Vertel in minimaal 5 slides waar de film over gaat (verhaallijn: begin, midden, slot), welke acteurs erin spelen. Ook geef je mening over de film. Je geeft de presentatie volgende week in de les.

Alles moet in het Nederlands!

Slide 24 - Slide

Wat heb je geleerd?


1. Schrijf het op.
2. Vertel het aan je klasgenoot.
3. Klassikaal bespreken.

Slide 25 - Slide