PLAT AMSTERDAMS - LES 3: KEUZEOPDRACHT 3A

PLAT AMSTERDAMS
LES 2: KEUZEOPDRACHT 3A
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

PLAT AMSTERDAMS
LES 2: KEUZEOPDRACHT 3A

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Startklaar 
       
       Pak je Chromebook/ laptop voor je
       Start je Chromebook/ laptop op
       Log in op www.lessonup.app 
       Stop je telefoon in je tas of in je jas
      
timer
2:30

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les ...
  • kun je vertellen wat een feit is en hier een voorbeeld bij noemen.
  • kun je vertellen wat een mening is en hier een voorbeeld bij noemen.
  • kun je vertellen wat een argument is en hier een voorbeeld bij noemen.

Slide 4 - Slide

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
Wat is zoekend lezen ook alweer?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Herhaling zoekend lezen
Hoe kun je zoekend lezen?
  1. Lees niet de hele tekst, maar je ga direct op zoek naar de informatie die je nodig hebt.
  2. Kijk in welke alinea of bij welk tussenkopje het antwoord zou kunnen staan.
  3. Hoe zou je het antwoord/informatie kunnen herkennen?
  4. Let op opvallende woorden/cijfers/schema's.
  5. Lees de aliea waarvan je denkt dat daar het antwoord in staat.
  6. Als je het antwoord niet hebt gevonden, denk dan aan een ander opvallend woord waarnaar je kunt zoeken.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat is dialect?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Wat is dialect?
In een samenleving leven dus veel verschillende mensen naast elkaar.
Veel mensen spreken wel dezelfde taal, maar op een andere manier. 
Mensen spreken een dialect. Een dialect is een streektaal: een taal die in een bepaald gebied gesproken wordt.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Herhaling
De betekenis van moeilijke woorden kun je vaak raden. Lees bijvoorbeeld in de buurt van het woord, dus een stukje terug of een stukje verder.

Wanneer er staat 'Lees regel <...>'
Lees de regel dan nog een keer!

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Feiten
  • Kun je bewijzen of controleren.
  • Kun je opzoeken.
  • Iets wat zeker is gebeurd of dat echt waar is.
  • Een ander kan hier niet anders over denken.
  • Het is zo.





Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden van feiten
  • Het is 13 graden buiten. 
  • Het is vandaag woensdag. 
  • De televisie kost €800.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Geef nu zelf een voorbeeld van een feit.

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Meningen
  • Geven aan wat jij vindt. 
  • Een ander kan hier heel anders over denken.
  • Je gedachte ergens over.
  • Met een mening kun je het eens of oneens zijn.
  • Een mening kun je onderbouwen met argumenten.


Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden van meningen
  • De trui van Nienke is erg mooi. 
  • Ik vind die televisie erg duur. ​
  • De vakantie duurt veel te kort.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Geef nu zelf een voorbeeld van een mening.

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Met een argument vertel je waarom jij iets vindt of denkt. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Argumenten
  • Een reden
  • Uitleg waarom je iets vindt.
  • Kun je herkennen aan de woorden: omdat en want.


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden van argumenten
  • Ik vind die televisie erg duur, want hij kost €800. 
  • Ik vind oranje een mooie kleur, want ik voel me blij als ik het zie. 
  • Ik ben morgen niet op school, omdat ik naar de tandarts moet.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Geef nu zelf een mening met daarbij een argument. (Waarom vind je dat?)

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Feit: Deze jongen draagt een rood shirt.
Mening: Ik vind rood een mooie kleur.
Argument: Ik vind rood een mooi kleur, omdat ik dan moet denken aan de liefde. 

Feit: Deze jongen draagt een rood shirt.

Mening: Ik vind rood een mooie kleur.

Argument: Ik vind rood een mooie kleur, omdat ik dan moet denken aan de liefde.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag met keuzeopdracht 3B!
A
Beantwoord de vragen en lees terug!

B 
Lees eerst de tekst en beantwoord de vragen.

Klaar?
Werk aan je taak in Numo Nederlands! 

Slide 24 - Slide

De docent zet de leerlingen aan de slag met actieve verwerking van de lesstof. De docent zorgt voor afwisseling in de oefentypes. Leerlingen leren op deze manier verschillende leerstrategieën te gebruiken. De opdrachten en/of werkvormen sluiten aan bij de vooropgestelde leerdoelen. Wanneer leerlingen (online) opdrachten krijgen is het belangrijk dat ze goed begrijpen wat ze moeten doen, hoe ze hulp van de docent kunnen krijgen en feedback kunnen krijgen over hoe ze iets kunnen verbeteren. Daarnaast geeft de docent verlengde instructie aan de leerlingen die het leerdoel nog niet behaald hebben. Verder biedt de docent verrijking en verdieping aan de leerling die dat nodig hebben. Zo kan er gedurende de les gedifferentieerd worden.
Klik op de spinner
Formatief evalueren

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Wat vond je van de afgelopen les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

This item has no instructions