WG of NG?

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

WG of NG?

Stap 1: Noteer persoonsvorm en onderwerp

Stap 2: Staat er een koppelwerkwoord in de zin?

Stap 3: Zegt het werkwoord wat iemand is (of wordt, blijft, lijkt)?

Stap 4: Wat + pv + o + overige werkwoorden? Antwoord = [nw.deel]

WG = pv + bijbehorende werkwoorden

NG = pv + [nw.deel] + overige werkwoorden

Ik heb gisteren goed voor mijn toets geleerd.

Stap 1: Noteer persoonsvorm en onderwerp

Stap 2: Staat er een koppelwerkwoord in de zin?

Stap 3: Zegt het werkwoord wat iemand is (of wordt, blijft, lijkt)?

Stap 4: Wat + pv + o + overige werkwoorden? Antwoord = [nw.deel]

NG = pv + [nw.deel] + overige werkwoorden

Ik | heb | gisteren | goed | voor mijn toets | geleerd.

Stap 1: Noteer persoonsvorm en onderwerp

Stap 2: Staat er een koppelwerkwoord in de zin? Dus WG

WG = heb geleerd

Die nieuwe dokter | lijkt | me | een enge man.

Stap 1: Noteer persoonsvorm en onderwerp

Stap 2: Staat er een koppelwerkwoord in de zin?

Stap 3: Zegt het werkwoord wat iemand is (of wordt, blijft)?

Stap 4: Wat + pv + o + overige werkwoorden? Antwoord = [nw.deel]

NG = pv + [nw.deel] + overige werkwoorden

Die nieuwe dokter | lijkt | me | een enge man.

Stap 1: Noteer persoonsvorm en onderwerp

Stap 2: Staat er een koppelwerkwoord in de zin?

Stap 3: Zegt het werkwoord wat iemand is (of wordt, blijft)?

Stap 4: Wat + pv + o + overige werkwoorden? Antwoord = [nw.deel] = [een enge man]

NG = pv + [nw.deel] + overige werkwoorden

NG = is een enge man

Ahmed blijft deze week in Rotterdam.

Ahmed blijft deze week in Rotterdam.

WG = blijft

Mijn zusje wil danseres worden.

Mijn zusje wil danseres worden.

NG = wil danseres worden