Recensie les 2 3gvaa

Goedemorgen!
- ga rustig zitten, volgens de plattegrond
- doe je telefoon in de telefoontas
- berg je eten op
- doe je jas uit
- leg je schrift, lees- en lesboek en pen op je tafel

Geen laptop op tafel.
1 / 36
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with text slides and 7 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Goedemorgen!
- ga rustig zitten, volgens de plattegrond
- doe je telefoon in de telefoontas
- berg je eten op
- doe je jas uit
- leg je schrift, lees- en lesboek en pen op je tafel

Geen laptop op tafel.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Regels tijdens de les
-  We volgen de plattegrond zoals hij is.
-  In elke les is er tijd voor Zelfstandig werken in Stilte (ZS). Het is dan echt helemaal stil.
- Bij het verstoren van de les wordt je naam genoteerd op het bord. Staat je naam er aan het eind van de les nog: dan kom je naar de docent. Mogelijk volgt het maken van strafwerk.
- Werkhouding wordt elke les genoteerd. 

Slide 3 - Slide

timer
10:00

Slide 4 - Slide

Startopdracht
Start in stilte (ZS) aan je werkblad.
Na 7 minuten mag je een paar minuten fluisterend samenwerken.
Ben je klaar? Ga dan naar de opdracht in Classroom en begin daaraan. 
timer
7:00

Slide 5 - Slide

Programma tot de toetsweek (4 lessen)
- je mag lezen in je leesboek
- je gaat met elkaar in gesprek over de gelezen boeken
- je leert over en oefent met schrijven van een recensie
- je krijgt schrijftips (spelling etc)

In de toetsweek schrijf je een recensie over je twee boeken (periode 2 en 3).

Slide 6 - Slide

Doelen van vandaag
- je hebt nagedacht over enkele kenmerken van je boeken
- je hebt recensies gelezen en ingrediënten voor een goede recensie genoteerd
- je hebt je eigen recensie van Father en daughter kritisch bekeken en hem aangepast/becommentarieerd.
- Intermezzo? 



Slide 7 - Slide

De boekrecensie
Doel?
Ingrediënten?
Opbouw?

Slide 8 - Slide

Een recensie

Doel: de lezer kan zich een oordeel vormen over boek, film, tentoonstelling. 

Vaste onderdelen/ingrediënten: 
- informatie over het werk
- mening recensent over (boekkenmerken van) het werk, onderbouwd met argumenten en voorbeelden.

Een recensie informeert, overtuigt en activeert soms ook.

Slide 9 - Slide

Opbouw van een recensie
- titel
- inleiding met aandachttrekker en introductie
- middenstuk met behandeling verschillende boekkenmerken, met voorbeelden en onderbouwde mening
- conclusie/slot met uitsmijter

Slide 10 - Slide

Verhaallijn / plot
De opeenvolging van gebeurtenissen in een verhaal waarbij elke gebeurtenis een andere veroorzaakt of ertoe leidt.

Slide 11 - Slide

Thema
De centrale boodschap(pen) in een verhaal.

Voorbeelden: angst, wraak, liefde, oorlog, identiteitsontwikkeling, rouw etc.

Slide 12 - Slide

Op wat voor boekkenmerken kun je een boek nog meer beschrijven/beoordelen?

Slide 13 - Slide

Andere boekkenmerken:
tijd
ruimte
vertelperspectief
schrijfstijl
titel 
einde
motto

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Je recensie van Father and daughter
Lees het stukje van je buur. Bespreek elkaars teksten.
  1. schrijf op: wat leer je van hoe anderen hun stuk hebben geschreven?
  2. kijk naar je eigen tekst. Ben je tevreden over je stuk? wat zou je nu anders doen? Maak aantekeningen en verbeter je tekst.

Slide 17 - Slide

(Huiswerk)opdracht
Lees en vergelijk  4 boekrecensies van mevr. Van der Heijde.  
Schrijf haar een mail. 
- Je ordent daarin de recensies van beste naar minst goede. 
- Je geeft bij elke recensie in een alinea aan waarom hij sterk of minder sterk is. 
Je mag in duo's werken. Lever de mail in in Classroom. 

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

Slide 20 - Slide

Doelen van vandaag
- je hebt nagedacht over enkele kenmerken van je boeken
- je hebt recensies gelezen en ingrediënten voor een goede recensie genoteerd
- je hebt je eigen recensie van Father en daughter kritisch bekeken en hem aangepast/verbeterd.
- Intermezzo? 



Slide 21 - Slide

Schrijfstijl

De manier waarop het verhaal wordt verwoord.
Stel jezelf vragen als: 
- Gebruikt de schrijver veel moeilijke woorden en zinnen?
- Wordt er veel beeldspraak gebruikt?
- Wat heeft het gebruik van een bepaalde schrijfstijl voor invloed op mij?



Slide 22 - Slide

(Vertel)perspectief
Door wie wordt het verhaal verteld? 
Door de hoofdpersoon/-personen zelf?
Door een andere verteller? 
Door verschillende vertellers?

Denk na over wat het perspectief voor invloed heeft op jou als lezer.



Slide 23 - Slide

Ruimte
Waar speelt het verhaal zich af? En in wat voor weersomstandigheden? Wat hebben deze gegevens voor invloed op het verhaal?

Slide 24 - Slide

Tijd
Hoe lang neemt het verhaal in beslag qua tijd?
Hoe wordt het verhaal verteld? Chronologisch of door elkaar gehusseld?
Is er sprake van flashbacks/flashforwards?
Denk na over wat de behandeling van tijd voor invloed heeft op jou als lezer.

Slide 25 - Slide

De titel
De titel kan informatie geven over (het thema van een) boek. 
Denk na over of de titel van je boek past bij de inhoud. Of het misschien zelfs iets toevoegt.
Denk bijv aan 'Oog om oog'.

Slide 26 - Slide

Motto
Een zin of korte alinea voor in het boek met een quote/spreuk die een relatie heeft met het (thema van het) verhaal.

Slide 27 - Slide

Het einde
Vaak hebben romans een open einde: je kunt als lezer dan filosoferen over hoe het verhaal verder zal gaan.
Bij een gesloten einde is het verhaal afgerond.

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Slide 34 - Video

Slide 35 - Link

Slide 36 - Slide