Apprendre 4 en 6

Apprendre 4 en H1
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Apprendre 4 en H1

Slide 1 - Slide

Wat is de betekenis van ' le guichet'?
A
Het perron
B
De rij
C
De reisroute
D
Het loket

Slide 2 - Quiz

Wat is de betekenis van ' la voie'?
A
Het spoor
B
De richting
C
Haast je
D
De staking

Slide 3 - Quiz

Wat is de betekenis van 'le retard'?
A
De vertraging
B
Changer
C
Le billet
D
l'aller-retour

Slide 4 - Quiz

Wat is de betekenis van 'le vol'?
A
Le carrefour
B
De rien
C
De brug
D
De vlucht

Slide 5 - Quiz

Wat is de betekenis van 'eenvoudig'?
A
Le voyageur
B
Simple
C
Tard
D
Le pont

Slide 6 - Quiz

Wat is de betekenis van 'geen dank'?
A
être pressé
B
L'escalator
C
Le trajet
D
De rien

Slide 7 - Quiz

Wat is de betekenis van 'avoir envie de'?

Slide 8 - Open question

Wat is de betekenis van 'Le pont'?

Slide 9 - Open question

Wat is de betekenis van 'la direction'?

Slide 10 - Open question

Wat is de betekenis van 'être presé' ?
A
Open
B
Haast hebben
C
Laat
D
Ik ben eht zat

Slide 11 - Quiz

Wat is de betekenis van ' le voyageur'?
A
De reiziger
B
Bankpas
C
De rij
D
Te laat zijn

Slide 12 - Quiz