This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welkom
Ga rustig zitten.
Doe je telefoon in de telefoontas.
Doe je boek alvast open op bladzijde 198-199.
Slide 1 - Slide
1. Beginnen met een nieuw onderdeel.
2. Wat weet je al?
3. De theorie van §1 doornemen.
4. §Beginnen aan §1 .
In deze les gaan we
Slide 2 - Slide
Waarom grammatica?
Als je weet hoe zinnen in elkaar zitten (grammatica), kun je betere zinnen schrijven en maak je minder snel fouten!
Slide 3 - Slide
Grammatica
Zinsdelen Woordsoorten
Slide 4 - Slide
Woorden van een taal kun je indelen in woordsoorten. Noem een aantal woordsoorten die je op de basisschool hebt geleerd.
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Slide
Schrijf vijf woorden op die zeggen wat iemand op de afbeelding doet.
Slide 7 - Open question
De lesdoelen
Je weet waar de Cursus grammatica woordsoorten over gaat.
Je weet wat woordsoorten zijn.
Je kunt werkwoorden herkennen.
Slide 8 - Slide
6.2
Slide 9 - Slide
Werkwoord
Een werkwoord wat iets of iemand doet of wat iets of iemand overkomt. Een werkwoord is een woordsoort. Sommige werkwoorden hebben een onbekende betekenis: hebben, kunnen, moeten, zijn.
Slide 10 - Slide
Werkwoord
Een werkwoord herken je aan het feit dat je die kunt vervoegen. Je maakt er dan verschillende werkwoordsvormen van.