Palliatieve zorg

Palliatieve en terminale zorg 
1 / 44
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Palliatieve en terminale zorg 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Eigen ervaringen met de dood 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen 
Na deze les :
  • weet je wat palliatieve zorg  en palliatieve terminale zorg is
  • kan je benoemen wat het doel is van palliatieve zorg
  •  weet je veel voorkomende symptomen in de palliatieve zorg 
  • ken je de verzorgende taken binnen palliatieve zorg 
  •  Heb je vanuit verschillende religies naar de gebruiken en rituelen rondom sterven gekeken 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over palliatieve zorg

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Wat is het doel van palliatieve zorg?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Doel palliatieve zorg 
Een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven te realiseren,
door te voorkomen en verlichten van lijden. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Palliatieve zorg is gericht op?
A
zo lang mogelijk blijven leven
B
kwaliteit van sterven
C
kwaliteit van leven
D
voorbereiden op een operatie

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Persoonlijke verhaal van Jan 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Fasen van palliatieve terminale zorg:

    1. Ziektegerichte palliatie (symptomen door ziekte)
    2. Symptoomgerichte palliatie (symptomen die specifiek horen bij palliatieve en terminale zorg)
    3. Palliatie in de stervensfase (symptomen bij stervensfase)
    4. Nazorg (rouwverwerking)

    Slide 12 - Slide

    - Ziektegerichte palliatie. Tijdens deze fase staan de symptomen centraal die de zorgvrager door zijn ziekte of aandoening heeft, bijvoorbeeld het moeilijk kunnen slikken bij slokdarmkanker;

    - Symptoomgerichte palliatie. Tijdens deze fase staan de symptomen centraal die specifiek bij de palliatieve en terminale fase horen, bijvoorbeeld vermoeidheid;

    - palliatie in de stervensfase. Tijdens deze fase staan de symptomen centraal die bij de stervensfase horen, bijvoorbeeld moeilijker bewegen, omdat kracht en energie zijn afgenomen;

    - nazorg en rouw. Tijdens deze fase staat de zorg voor de overledene en zijn sociale netwerk centraal. Je begeleidt bijvoorbeeld de partner bij de laatste zorg voor zijn echtgenote.

    DA en huisarts zorgen ervoor dat een patiënt gemarkeerd wordt als zijnde palliatief/terminaal. Bij triage kan er dan gelijk worden verwezen naar betreffende arts

    Slide 13 - Slide

    This item has no instructions

    Problemen in palliatieve fase:

    • pijn
    • dyspnoe
    • misselijkheid
    • slaapproblemen
    • angst
    Nog meer......

    • vermoeidheid
    • obstipatie
    • diarree
    • hoesten
    • delier
    • hikken
    • droge mond
    • somberheid
    • oedeem
    • jeuk
    • duizeligheid
    • ..........


    https://palliaweb.nl/richtlijnen-palliatieve-zorg/richtlijn/algemene-principes-palliatieve-zorg/symptomen-en-syndromen

    Slide 14 - Slide

    This item has no instructions

    Slide 15 - Slide

    This item has no instructions

    Wat kunnen verzorgende taken bij palliatieve zorg zijn?

    Slide 16 - Mind map

    This item has no instructions

    Pallialine.nl
    Alle symptomen worden behandeld volgens de richtlijnen zoals vermeld op pallialine.nl . Hier kun je ook als verzorgende goede adviezen vinden. Het opvolgen hiervan draagt bij aan het professionele karakter van de palliatieve zorg en de kwaliteit van de geleverde zorg.

    Slide 17 - Slide

    This item has no instructions

    Welke kwaliteiten heb je nodig als verzorgende in de palliatieve zorg?

    Slide 18 - Open question

    This item has no instructions

    Opdracht 

    leven en sterven in verschillende geloven 

    Slide 19 - Slide

    This item has no instructions

    Wat is het verschil tussen terminale zorg en palliatieve zorg?

    Slide 20 - Open question

    This item has no instructions

    palliatieve en terminale zorg
    Palliatieve zorg;
    proberen om moeilijke en hinderlijke symptomen te bestrijden tijdens iemands laatste levensfase of bij chronische aandoeningen
    Terminale zorg:
    Heeft een zorgvrager een levensverwachting van minder dan 3 maanden, dan is hij terminaal. Terminale zorg is de zorg die gegeven wordt in deze korte tijd die iemand nog rest. Tijdens de terminale fase staat afscheid nemen en loslaten van het leven centraal. Dit geldt voor de zorgvrager maar ook voor zijn naasten. 

    Nazorg verdient een belangrijke plek in de zorg rondom sterven

    Slide 21 - Slide

    This item has no instructions

    Slide 22 - Video

    This item has no instructions

    Palliatieve sedatie 
    Palliatieve sedatie is het opzettelijk verlagen van het bewustzijn van een patiënt in de laatste levensfase met als doel het lijden van de patiënt te verlichten.


    Slide 23 - Slide

    This item has no instructions

    In de praktijk betekent dit 
    dat de zorgvrager in slaap wordt gebracht met behulp van medicatie en tijdens deze kunstmatige slaap zal overlijden. In principe wordt de zorgvrager niet meer wakker. Om palliatieve sedatie aan een zorgvrager aan te kunnen bieden moet er voldaan zijn aan een aantal strenge voorwaarden. Dit om een te snelle inzet van palliatieve sedatie te voorkomen. Palliatieve sedatie is een laatste middel om het lijden van een zorgvrager te kunnen verlichten.

    Slide 24 - Slide

    This item has no instructions

    Criteria 
    de symptomen veroorzaken ondraaglijk lijden
    de symptomen die het ondraaglijk lijden veroorzaken, kunnen niet behandeld worden en zijn onomkeerbaar
    de verwachte levensverwachting is enkele dagen tot maximaal twee weken

    Slide 25 - Slide

    This item has no instructions

    Het begrip versterven 
    "Versterven " is het verschijnsel dat een bewoner of client, als onderdeel van het normale stervensproces, in veel gevallen geleidelijk en vaak zonder duidelijke aanleiding steeds minder gaat eten en drinken en uiteindelijk overlijdt. 

    Slide 26 - Slide

    This item has no instructions

    Geen activiteit van de behandelend arts, de verpleegkundige of de verzorgende. Versterven is een natuurlijk gevolg van het stervensproces. Bij mensen die sterven vallen de lichaamsfuncties meestal geleidelijk uit. 

    Slide 27 - Slide

    This item has no instructions

    Palliatieve zorg begint als het moment van sterven dichterbij komt?
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 28 - Quiz

    This item has no instructions

    Palliatieve zorg heeft ook betrekking op de naasten van de zorgvrager
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 29 - Quiz

    This item has no instructions

    Kwaliteit van leven is ook afhankelijk van de normen en waarden van de zorgvrager
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 30 - Quiz

    This item has no instructions

    Palliatieve zorg is gericht op het vergroten van de autonomie van de zorgvrager
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 31 - Quiz

    This item has no instructions

    Als verzorgende in de terminale zorg hoor je op de hoogte te zijn van gewoontes rond sterven in de meest voorkomende religies
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 32 - Quiz

    This item has no instructions

    Met terminale zorgvragers moet je zo min mogelijk praten over pijn
    A
    Juist
    B
    Onjuist

    Slide 33 - Quiz

    This item has no instructions

    terminale zorg is gericht op
    A
    zo lang mogelijk blijven leven
    B
    kwaliteit van sterven
    C
    kwaliteit van leven
    D
    stervensbegeleiding

    Slide 34 - Quiz

    This item has no instructions

    waar staat palliatieve sedatie voor?
    A
    verhogen van bewustzijn zodat de zorgvrager zo min mogelijk lijdt
    B
    om kwaliteit van sterven te verbeteren
    C
    om kwaliteit van leven te verbeteren
    D
    verlagen van het bewustzijn zodat de zorgvrager zo min mogelijk lijdt

    Slide 35 - Quiz

    in de volgende dia krijg je uitleg van een arts over palliatieve sedatie
    de fase van palliatieve zorg zijn:
    A
    ziektegericht; symptoomgericht; palliatie in de stervensfase en nazorg
    B
    ziektegericht; palliatie in de stervensfase; symptoomgericht en nazorg

    Slide 36 - Quiz

    This item has no instructions

    het ziekteverloop in de palliatieve zorg bij iemand met hartfalen is:
    A
    korte periode van plotseling snelle achteruitgang
    B
    geleidelijke achteruitgang met tussentijdse ernstige episodes
    C
    langdurig geleidelijke achteruitgang
    D
    directe harstilstand

    Slide 37 - Quiz

    This item has no instructions

    Slide 38 - Video

    This item has no instructions

    5

    Slide 39 - Video

    This item has no instructions

    5 sterfstijlen
    sociale
    onbevangene
    rationele
    pro actieve
    vertrouwde

    Slide 40 - Slide

    This item has no instructions

    wat doe je als verzorgende als iemand overlijdt.
    - ogen dicht,
     mond dicht
    - arts
    - familie bellen
    - dossier sluiten
    - melding maken (receptie & medebewoners)
    - afspraken met familie (afleggen & opbaren)
    - motoarium of uitvaartbedrijf
    - nieuwe bewoner regelen

    Slide 41 - Slide

    This item has no instructions

    wat is voor jou kwaliteit van leven?

    Slide 42 - Open question

    This item has no instructions

    Slide 43 - Slide

    This item has no instructions

    wat neem je van deze les mee en hoe kijk je terug op deze manier van kennisoverdracht

    Slide 44 - Open question

    This item has no instructions