2.2

2.2 Samenleving en cultuur
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

2.2 Samenleving en cultuur

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Video

This item has no instructions

Leerdoelen:

Je kunt uitleggen:

  • welke sociale verschillen er in het rijk waren.
  • hoe het met de economie in het rijk ging.
  • hoe multicultureel de Romeinse samenleving was.
  • wat de kenmerken zijn van de Romeinse godsdienst.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Het Romeinse rijk had een landbouwstedelijke samenleving.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions


In de stad werkten mensen in de handel en nijverheid.


Nijverheid = het maken van producten, thuis of in een werkplaats.

Slide 5 - Slide

Nijverheid = het maken van producten, thuis of in een werkplaats.

Romeinse munten:

Omstreeks 280 v. Chr. werden in Rome de eerste munten geslagen, maar het zou nog bijna twee eeuwen duren voordat de Romeinse muntmeesters beeltenissen van beroemde staatslieden of belangrijke historische gebeurtenissen op hun munten mochten zetten. In 44 v. Chr., het jaar waarin hij werd vermoord, verwierf Julius Caesar als eerste het recht om munten met zijn eigen portret te laten slaan. Vanaf keizer Augustus (27 v. Chr.) werd het portret van de keizer de gebruikelijke afbeelding op de voorkant van de munt.
Massacommunicatiemiddel
Daarmee was de munt het massacommunicatiemiddel bij uitstek geworden: de burgers van het Romeinse rijk wisten nu wie hun keizer was. De munt gaf niet alleen de gelaatstrekken van de heersende vorst weer, de keizer liet op de keerzijde ook persoonlijke boodschappen aanbrengen, zijn politieke programma, zijn dynastieke banden, zijn band met de goden, het volk en het leger, zijn grootse prestaties, deugden en militaire overwinningen. Daarvoor werden afbeeldingen gebruikt, allegorieën, symbolen en teksten.
Muntrecht
In ons land zijn nooit van staatswege Romeinse munten geslagen. Het recht om gouden en zilveren munten te slaan berustte in tijden van oorlog van oudsher bij de Romeinse veldheer. Het muntrecht van het kopergeld lag bij de senaat, het hoogste bestuursorgaan ten tijde van de republiek. Het laten slaan van gouden en zilveren munten behoorde vanaf Augustus tot de rechten van de keizer.
Je kon overal met Romeinse munten betalen.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Er waren grote sociale verschillen


  • Rijke mensen
  • Middenlaag
  • Arme mensen
  • Slaven

Slide 7 - Slide

This item has no instructions


Slaven waren vaak als krijgsgevangene meegenomen in een oorlog. 


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Rome had in de keizertijd een miljoen inwoners en was een multiculturele samenleving.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

De Griekse cultuur vonden ze heel bijzonder en gingen ze overnemen. 

Er ontstond een Grieks-Romeinse cultuur.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Het Romeinse rijk had een staatsgodsdienst.  Iedereen moest de belangrijke staatsgoden en de keizer vereren.

Bijvoorbeeld: Jupiter 
(oppergod), 
Neptunus (zee), Venus 
(liefde).

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Weektaak:

- Lees 2.2 in je 
informatieboek.
- Maak alle opdrachten van 2.2 online.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen:

Je kunt uitleggen:
- welke sociale verschillen er in het rijk waren.
- hoe het met de economie in het rijk ging.
- hoe multicultureel de Romeinse samenleving was.
- wat de kenmerken zijn van de Romeinse godsdienst.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions