Verandering en continuïteit

Welkom!
Vandaag: 
-waar staan jullie? 
-nakijken lastige huiswerkopdrachten
-"In Europa: Russisch verraad 1933" met kijkvragen (ca 10 min)
-historische vaardigheden, korte uitleg
-zelf aan de slag, vanaf blz 91, opdracht 1 t/m 5
1 / 22
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom!
Vandaag: 
-waar staan jullie? 
-nakijken lastige huiswerkopdrachten
-"In Europa: Russisch verraad 1933" met kijkvragen (ca 10 min)
-historische vaardigheden, korte uitleg
-zelf aan de slag, vanaf blz 91, opdracht 1 t/m 5

Slide 1 - Slide

Wanneer was de Russische Revolutie?
A
1914
B
1916
C
1917
D
1918

Slide 2 - Quiz

Wat was géén oorzaak van de Russische Revolutie?
A
Het volk heeft gebrek aan alles
B
Verlies Russisch-Japanse Oorlog
C
Grote verliezen in WO I
D
Grote verliezen in WO II

Slide 3 - Quiz

Wat was géén oorzaak van de Russische Revolutie?
A
De tsaar gaf niets om de bevolking
B
Het volk had geen invloed op het bestuur
C
Lenin grijpt de macht
D
Bloedige Zondag

Slide 4 - Quiz

I. Na de Februarirevolutie kwam er een Voorlopige Regering en stapte Rusland uit de oorlog.
II. Na de Oktoberrevolutie trad de tsaar af en grepen de communisten olv Lenin de macht.
A
Alleen I is juist
B
Alleen II is juist
C
I en II zijn beide juist
D
I en II zijn beide onjuist

Slide 5 - Quiz

Wat zijn gevolgen van de Russische Revolutie?
A
In Rusland brak een burgeroorlog uit
B
Stalin grijpt de macht
C
Vrede van Brest-Litovsk aan het Oostfront
D
Communisme wordt vervangen door democratie

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Historische vaardigheden
Verandering & continuïteit

Slide 8 - Slide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je:
1. voorbeelden beschrijven van de terreur in de SU
2. beargumenteren of je een verandering groot, klein, snel of langzaam noemt
3. beargumenteren of je een verandering een revolutie vindt
4. twee tijdsperioden vergelijken en voorbeelden van verandering en continuïteit noemen.

Slide 9 - Slide

Verandering
  • Iets dat anders wordt.
  • Kleine of grote verandering
  • Snelle of geleidelijke verandering.
Continuïteit
  • Dingen die hetzelfde blijven, ook als andere zaken veranderen.
Verandering
  • Iets dat anders wordt. 
  • Kleine of grote verandering 
  • Snelle of geleidelijke verandering

Continuïteit
  • Dingen die hetzelfde blijven, ook als andere zaken veranderen

Slide 10 - Slide

Verandering
  • Iets dat anders wordt.
  • Kleine of grote verandering
  • Snelle of geleidelijke verandering.
Continuïteit
  • Dingen die hetzelfde blijven, ook als andere zaken veranderen.
Grote en kleine veranderingen: hoeveel invloed hebben ze op het leven van de mensen? 
  • Landbouwrevolutie
  • Russische Revolutie

Snel of geleidelijk: relatief.
  • Snel of geleidelijk: beargumenteren. 

Slide 11 - Slide

Soorten veranderingen

Economische veranderingen


  • Waar leven de mensen van?
  • Hoe verdienen de mensen hun geld?

Slide 12 - Slide



Politieke veranderingen


  • Hoe is de macht verdeeld? Bv welke bestuursvorm is er: democratie, dictatuur, een communistische heilstaat? Hoe is dit bestuur georganiseerd? Wie maakt en controleert de wetten?
  • Welke machtsverhoudingen zijn er met andere samenlevingen? Hoe werken landen samen, wie steun je in een oorlog? Is je land betrokken bij een oorlog? 

Slide 13 - Slide



Sociale veranderingen


  • Hoe verhouden verschillende groepen in de samenleving zicht tot elkaar? (Geloof - rijkdom etc.)
  • Welke plek op de sociale ladder hebben de mensen, welke klassen/groepen/ bevolkingslagen bestaan er?

Slide 14 - Slide



Culturele veranderingen


  • Alles wat te maken heeft met de ideeën van mensen en de manier waarop ze zich uiten, bv gewoontes, regels, geloof, kunst, onderwijs en wetenschap.
  • Een culturele verandering is soms dus ook religieus: communisten hadden maar weinig op met religie: godsdienst is opium voor het volk!

Slide 15 - Slide

Steeds minder mensen leven van de landbouw opbrengsten.
A
Economisch
B
Sociaal
C
Cultureel
D
Mentaal

Slide 16 - Quiz

Amerika en de Sovjet-Unie streden tegen elkaar om als eerste een mens op de maan te zetten.
A
Economisch
B
Sociaal
C
Cultureel
D
bestuurlijk-politiek

Slide 17 - Quiz

Het bestuurlijk-politieke domein gaat alleen over de machtsverhoudingen binnen een land.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

De kunst van Vincent van Gogh werd pas na zijn dood populair.
A
Economisch
B
Sociaal
C
Cultureel
D
Mentaal

Slide 19 - Quiz

Wat is een sociale verandering?

A
Een verandering van het bestuur
B
Een verandering tussen groepen mensen in een samenleving
C
Een verandering in gewoontes en regels
D
Een verandering in de manier waarop mensen in hun onderhoud voorzien

Slide 20 - Quiz

Historische vaardigheden
Verandering en continuïteit: 
De "nieuwe school"
-zelf aan de slag, vanaf blz 91, opdracht 1 t/m 5

Slide 21 - Slide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je:
  1. beargumenteren of je een verandering groot, klein, snel of langzaam noemt
  2. beargumenteren of je een verandering een revolutie vindt
  3. twee tijdsperioden vergelijken en voorbeelden van verandering en continuïteit noemen.

Slide 22 - Slide