What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Zinsbouw niveau 2
Zinsbouw
1 / 28
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
28 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Zinsbouw
Slide 1 - Slide
Doel van de les
Je kunt een correcte zin schrijven met woorden uit de vaktheorie;
Je kunt een samenhangende tekst schrijven van minimaal acht zinnen.
Slide 2 - Slide
De woordvolgorde van de rest van de zin.
De woordvolgorde in
de rest
van de zin.
Het meeste gebruik je:
tijd
-
manier
-
plaats
.
Ik ben
gisteren
met de auto
naar huis
gereden.
Slide 3 - Slide
Woordvolgorde
Schrijf de woorden in de juiste volgorde.
Denk eraan: het woord met de HOOFDLETTER is het eerste woord van de zin.
Slide 4 - Slide
begint-De les-negen-uur-om
Slide 5 - Open question
geslapen-Ik-tien-uur-heb-tot
Slide 6 - Open question
Gisteren - ik - gekocht - heb - een Nederlands woordenboek
Slide 7 - Open question
Staan de woorden in deze zin op de goede plaats?
Bijna elke dag ze gaan naar het buurthuis.
A
ja
B
nee
Slide 8 - Quiz
Staan de woorden in deze zin op de goede plaats?
In de bibliotheek lezen ze een boek.
A
ja
B
nee
Slide 9 - Quiz
Staan de woorden in deze zin op de goede plaats?
Dichtbij hun huis is een bioscoop.
A
ja
B
nee
Slide 10 - Quiz
Staan de woorden in deze zin op de goede plaats?
Dan ze gezellig praten met anderen.
A
ja
B
nee
Slide 11 - Quiz
Waar staan de woorden op de goede plaats?
A
Ik ga morgen toe naar school.
B
Ik morgen ga naar school toe.
C
Ik ga morgen naar school toe.
D
Ik ga naar school morgen toe.
Slide 12 - Quiz
Waar staan de woorden op de goede plaats?
A
Wij hebben een auto nieuwe gekocht.
B
Wij hebben gekocht een auto nieuwe.
C
Gekocht hebben wij een nieuwe auto.
D
Wij hebben een nieuwe auto gekocht.
Slide 13 - Quiz
Waar staan de woorden op de goede plaats?
A
Hebben jullie morgen geen huiswerk?
B
Morgen hebben jullie geen huiswerk.
C
Jullie hebben morgen geen huiswerk.
D
Jullie hebben geen huiswerk morgen.
Slide 14 - Quiz
Morgen is de winkel gesloten, omdat
A
het een nationale feestdag is.
B
het is een nationale feestdag.
Slide 15 - Quiz
Timo leidt de bezoekers rond in het museum en
A
en hij geeft s' middags een presentatie
B
en hij s' middags een presentatie geeft.
Slide 16 - Quiz
Gisteren was Erin niet aanwezig bij de werkbespreking, want
A
ze was ziek.
B
ze ziek was.
Slide 17 - Quiz
Je kunt vanmiddag ook naar de sportschool komen, als
A
je hebt geen zin om hard te lopen.
B
je geen zin hebt om hard te lopen.
Slide 18 - Quiz
Terwijl Gino de bestelling plaatst,
A
noteert de klant zijn adresgegevens en zijn telefoonnummer.
B
de klant noteert zijn adresgegevens en zijn telefoonnummer
Slide 19 - Quiz
Ik kwam te laat op mijn werk aan, ......
de trein had vertraging.
A
omdat
B
want
C
maar
D
als
Slide 20 - Quiz
......... mijn fiets gestolen was, moest ik een nieuwe kopen.
A
omdat
B
want
C
maar
D
als
Slide 21 - Quiz
Je kunt alleen deelnemen aan de excursie, ......... je je ingeschreven hebt via internet.
A
omdat
B
want
C
maar
D
als
Slide 22 - Quiz
Zal ik de uitnodigingen schrijven .....
kan ik beter een e-mail sturen?
A
omdat
B
of
C
terwijl
D
als
Slide 23 - Quiz
Rachel werkt graag met honden, ......
ze houdt helemaal niet van katten.
A
omdat
B
of
C
maar
D
als
Slide 24 - Quiz
Jamie controleert het oliepeil, ....
Dagmar de ruitenwisservloeistof bijvult.
A
omdat
B
want
C
terwijl
D
als
Slide 25 - Quiz
Opdracht: zinnen bouwen
Je gebruikt de volgende woorden apart in een zin. Je maakt dus vijf zinnen.
een doorgebrande zekering
een kapotte lamp
een aardlekstoring
een gesmolten WCD
een kortsluiting in de meterkast
een omgedraaide fase
Slide 26 - Slide
Een voorbeeld
een geknapte torenbout
De torenbout is geknapt, omdat hij te strak vastgezet is.
Slide 27 - Slide
Terug naar het doel van de les
Je kunt een correcte zin schrijven met woorden uit de vaktheorie;
Je kunt een samenhangende tekst schrijven van minimaal acht zinnen;
Slide 28 - Slide
More lessons like this
Zinsbouw niveau 2
February 2023
- Lesson with
17 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Tijd, manier, plaats
October 2023
- Lesson with
29 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Tijd, manier, plaats
October 2023
- Lesson with
23 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Tijd, manier, plaats
June 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
woordvolgorde in het Nederlands
September 2024
- Lesson with
21 slides
NT2
Beroepsopleiding
woordvolgorde in het Nederlands
November 2022
- Lesson with
15 slides
NT2
Beroepsopleiding
woordvolgorde in het Nederlands
November 2023
- Lesson with
16 slides
NT2
Beroepsopleiding
woordvolgorde in het Nederlands
November 2024
- Lesson with
15 slides
NT2
Beroepsopleiding