Bondig formuleren

Welkom 4VA
Leg je oefenboek, theorieboek, pen en papier op tafel. 
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom 4VA
Leg je oefenboek, theorieboek, pen en papier op tafel. 

Slide 1 - Slide

Vandaag:

- huiswerk bespreken

- H. 13 Bondig formuleren
Je leert hoe je bondig formuleert door woorden weloverwogen te schrappen. 

Slide 2 - Slide

We bespreken opdracht 9 en 10 (blz. 77)

Slide 3 - Slide


Lees in stilte de theorie op blz. 78- 79.

Schrijf op welke kenmerken horen bij bondig formuleren. 


timer
8:00

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Als je een trein abonnement zou nemen, zou je veel geld kunnen gaan besparen.
A
te veel hulpwerkwoorden
B
te veel bijwoorden/bijvoeglijk naamwoorden
C
pleonasme
D
tautologie

Slide 6 - Quiz

Meteen toen hij mijn bericht kreeg, is hij onmiddellijk op zijn scooter gestapt.
A
te veel hulpwerkwoorden
B
te veel bijwoorden/bijvoeglijk naamwoorden
C
pleonasme
D
tautologie

Slide 7 - Quiz

De paddenstoelen stonden in een ronde cirkel.
A
te veel hulpwerkwoorden
B
te veel bijwoorden/bijvoeglijk naamwoorden
C
pleonasme
D
tautologie

Slide 8 - Quiz

De oude, grijze, vriendelijke vrouw had moeite zich staande te houden in de herfstachtige storm.
A
te veel hulpwerkwoorden
B
te veel bijwoorden/bijvoeglijk naamwoorden
C
pleonasme
D
tautologie

Slide 9 - Quiz

Maak opdracht 2 (blz. 78). 
timer
6:00

Slide 10 - Slide


Maak opdracht 4, 6 en 7 (blz. 79). 


Overleg alleen met diegene naast je. 
Klaar? Werk aan Numo.

Slide 11 - Slide