Les 2 - 4.2 Periodiek systeem

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

4.2 - Peiodiek systeem

De kern van een atoom bestaat uit......

1. protonen
2. neutronen
3. protonen en elektronen
4. protonen en neutronen

Massagetal =

1. aantal protonen
2. aantal neutronen
3. aantal protonen - aantal elektronen
4. aantal protonen + aantal neutronen

Een atoom heeft een massa van 9,0 u. Het atoom heeft 5 neutronen. Hoeveel protonen zijn aanwezig?

1. 14 protonen
2. 5 protonen
3. 4 protonen
4. 45 protonen

Koolstof heeft:

1. 6 protonen 12 neutronen 6 elektronen
2. 12 protonen 6 neutronen 12 elektronen
3. 12 protonen 6 neutronen 6 elektronen
4. 6 protonen 6 neutronen 6 elektronen

Zilver heeft:

1. 47 neutronen 61 protonen 47 elektronen
2. 61 neutronen 47 protonen 47 elektronen
3. 107 neutronen 61 protonen 47 elektronen
4. 108 neutronen 47 protonen 47 elektronen

Isotopen verschillen van elkaar in ...

1. Aantal protonen
2. Aantal elektronen
3. Aantal protonen en elektronen
4. Aantal neutronen

Isotopen hebben allemaal hetzelfde atoomnummer

1. Waar
2. Niet Waar

Hiernaast staan drie kernen van verschillende atomen.
Welke van de afgebeelde kernen
zijn isotopen?

Kennen / Kunnen

• Weten hoe het periodiek systeem der elementen opgebouwd is
•  De specifieke namen van groep 1, 2, 17 en 18

Uitleg

Perioden 

-> Horizontale rij

-> Gerangschikt op toenemende massa

Groepen

-> Verticale kolom

-> Gegangschikt op eigenschap

Uitleg

Groepen

-> Gegangschikt op eigenschap

-> Specifieke namen:

1 - Alkalimetalen

2 - Aardalkalimetalen

17 - Halogenen

18 - Edelgassen

Wie heeft het periodiek systeem bedacht?

1. Rutherford
2. Mendelejev
3. Einstein
4. Bouwman

Rijen in het periodiek systeem worden ook ..... genoemd.

1. Groepen
2. Tabellen
3. Waarden
4. Perioden

Kolommen in het periodiek systeem worden ook ..... genoemd.

1. Groepen
2. Tabellen
3. Waarden
4. Perioden

De perioden in het periodiek systeem zijn gerangschikt op:

1. Stofeigenschappen
2. Massa
3. Reactiviteit
4. Groepen

In groep 1 van het periodiek systeem staan de ...

1. Alkalimetalen
2. Aardalkalimetalen
3. Edelgassen
4. Halogenen

Groep 18 uit het periodiek systeem heet ...

1. halogenen
2. alkalimetalen
3. edelgassen

De elementen in het periodiek systeem noemen we ook wel atomen

1. waar
2. niet waar

Wat is het atoomnummer van Calcium? (gebruik je periodiek systeem)

1. 19
2. 20
3. 39
4. 40

Wat is het atoomnummer van Koolstof? (gebruik je periodiek systeem)

1. 6
2. 8
3. 10
4. 12

Welk element zal sneller met andere stoffen reageren?
Zuurstof of Natrium?

1. Zuurstof
2. Natrium
3. Beide even snel
4. Dat kan je niet zeggen

Aan de slag 

Nu: 

• Doorlezen Learnbeat  §4.2 
• Maken §4.2 - opdr.: 1, 2, 5, 6 (3 en 4 overslaan)

• Eerste 5 minuten in stilte, daarna fluisterend overleggen
• Tot einde van de les
• Vraag? Loop naar docent
• Af? Geen huiswerk