6.3 en 6.4 Het hart en het bloedvatenstelsel

Thema 6 Transport
Basisstof 1 Bloed
Basisstof 2 De bloedsomloop
Basisstof 3 Het hart
Basisstof 4 De bloedvaten
Basisstof 5 Hart- en vaatziekten
Basisstof 6 Weefselvloeistof en lymfe
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Thema 6 Transport
Basisstof 1 Bloed
Basisstof 2 De bloedsomloop
Basisstof 3 Het hart
Basisstof 4 De bloedvaten
Basisstof 5 Hart- en vaatziekten
Basisstof 6 Weefselvloeistof en lymfe

Slide 1 - Slide

Wat weet jij nog over
de bloedsomloop?

Slide 2 - Mind map

Dubbele bloedsomloop

Kleine bloedsomloop =
Hart - longen - hart

Grote bloedsomloop =
Hart - hele lichaam - hart
longen 

Slide 3 - Slide

De kleine en grote bloedsomloop vervoeren o.a.
zuurstof en koolstofdioxide.
Welke uitspraak is waar?
A
Kleine bloedsomloop vooral zuurstofrijkbloed
B
Grote bloedsomloop vooral zuurstofarmbloed
C
Kleine & grote bloedsomloop zowel zuurstofrijk als -arm
D
Overal zit evenveel zuurstof in het bloed

Slide 4 - Quiz

Kleine bloedsomloop
= longen

Alleen de longen 

  • Van rechterkamer naar de longen 
  • Van longen naar de linkerboezem

Longslagader 
WEINIG zuurstof & VEEL koolstofdioxide 
Longader
VEEL zuurstof & WEINIG koolstofdioxide 

Slide 5 - Slide

Grote bloedsomloop
= lichaam

Het hele lichaam, behalve de longen 

  • Van linkerkamer naar het lichaam 
  • Van lichaam naar de rechterboezem 

Slagaders
VEEL zuurstof & WEINIG koolstofdioxide 
Aders
WEINIG zuurstof & VEEL koolstofdioxide 

Slide 6 - Slide

Thema 6 Transport
Basisstof 1 Bloed
Basisstof 2 De bloedsomloop
Basisstof 3 Het hart
Basisstof 4 De bloedvaten
Basisstof 5 Hart- en vaatziekten
Basisstof 6 Weefselvloeistof en lymfe

Slide 7 - Slide

Boezems 
  • Ontvangen het bloed 
  • Rechterboezem vanuit het lichaam 
  • Linkerboezem vanuit de longen 
 
Kamers 
  • Pompen het bloed het hart uit 
 
  • Linkerkamer naar het lichaam 
  • Rechterkamer naar de longen 
 
  • Linkerkamer heeft een dikkere wand 
  • Linkerkamer is groter 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Kransslagaders 
  • Aanvoer van zuurstof en voedingsstoffen naar de hartspier. 
  • Aftakking van de aorta. 
 
Kransaders 
  • Afvoer van koolstofdioxide en andere afvalstoffen vanaf de hartspier. 
  • Komt rechtstreeks in de rechterboezem uit. 

Slide 10 - Slide

Harttussenwand 
  • Scheiding tussen linker- en rechterhelft. 
 
Hartkleppen 
  • Kleppen tussen boezem en kamer. 
 
Halvemaanvormige kleppen 
  • Kleppen tussen   kamer en slagader. 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Aorta
Longslagader
Aortaklep
Linkerkamer
Linkerboezem
Zuurstofrijkbloed
Naar de longen
Van de longen
Rechterboezem
Rechterkamer
Zuurstofarmbloed
Holle ader
Holle ader
Naar de longen
Van de longen
Aorta

Slide 14 - Drag question

4

Slide 15 - Video

00:40
Wat voeren de kransslagaders
aan naar het hart?

Slide 16 - Open question

00:54
Hoe heten de holle ruimtes
in het hart?
A
Boezems bovenin & kamers onderin
B
Boezems onderin & kamers bovenin
C
Kamers links & boezems rechts
D
Kamers rechts & boezems links

Slide 17 - Quiz

01:32
Welke ruimte heeft de dikste wand?
A
Rechterboezem
B
Linkerboezem
C
Rechterkamer
D
Linkerkamer

Slide 18 - Quiz

02:07
Wat is de functie van de kleppen
in het hart?

Slide 19 - Open question

Hartpauze, bloed stroomt het hart in
vanuit de aders.
De boezems trekken samen, 
bloed gaat de kamers in.
De kamers trekken samen, 
bloed gaat de slagaders in.

Slide 20 - Drag question

Slide 21 - Link

Harttonen
  • Elke hartslag twee harttonen

  • Eerste harttoon = 
      dichtslaan hartkleppen
  • Tweede harttoon = 
     dichtslaan halvemaanvormige kleppen

Slide 22 - Slide

Thema 6 Transport
Basisstof 1 Bloed
Basisstof 2 De bloedsomloop
Basisstof 3 Het hart
Basisstof 4 De bloedvaten
Basisstof 5 Hart- en vaatziekten
Basisstof 6 Weefselvloeistof en lymfe

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slagaders:

Komen 
altijd vanuit het hart
   
Slagaders bevatten
VEEL zuurstof &
WEINIG koolstofdioxide
Uitzondering = longslagader
   
Hebben een stevige wand

Aders:

Gaan 
altijd naar het hart toe 
 
Aders bevatten                  WEINIG zuurstof &
VEEL koolstofdioxide 
Uitzondering = longader 
 
Hebben kleppen 

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Welke ruimte heeft de dikste wand?
A
Rechterboezem
B
Linkerboezem
C
Rechterkamer
D
Linkerkamer

Slide 29 - Quiz

Wat is o.a. de functie van de kransslagaders?
A
Zuurstof naar het hart brengen
B
Zuurstof bij het hart ophalen
C
Koolstofdioxide naar het hart brengen
D
Koolstofdioxide bij het hart ophalen

Slide 30 - Quiz

Deze bloedvaten hebben kleppen
A
slagaders
B
haarvaten

Slide 31 - Quiz

Het hart hoort niet bij het bloedvatenstelsel.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 32 - Quiz