What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Les 21 voornaamwoorden
Vrijdag 15-09 - vwo 2
Terugblik op vorige les, telwoorden en huiswerk nakijken
Terugblik: voornaamwoorden (welke hebben we al behandeld)
Grammatica: vervolg voornaamwoorden met uitleg
Aan de slag!
Toets verplaatsen naar vrijdag 22-09
1 / 13
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
13 slides
, with
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Vrijdag 15-09 - vwo 2
Terugblik op vorige les, telwoorden en huiswerk nakijken
Terugblik: voornaamwoorden (welke hebben we al behandeld)
Grammatica: vervolg voornaamwoorden met uitleg
Aan de slag!
Toets verplaatsen naar vrijdag 22-09
Slide 1 - Slide
Vorige les heb je geleerd...
...om de
telwoorden
te herkennen...
Slide 2 - Slide
De les daavoor heb je geleerd...
...om voornaamwoorden te herkennen en te benoemen.
Slide 3 - Slide
Deze les ga je leren...
...om de voornaamwoorden van hoofdstuk 21 te herkennen en benoemen.
Slide 4 - Slide
Voornaamwoorden
- persoonlijk voornaamwoord
- bezittelijk voornaamwoord
- aanwijzend voornaamwoord
- betrekkelijk voornaamwoord
- wederkerend voornaamwoord
- wederkerig voornaamwoord
- vragend voornaamwoord
- onbepaald voornaamwoord
- telwoord
Slide 5 - Slide
Wederkerende voornaamwoorden
Wederkerende en wederkerige voornaamwoorden
Slide 6 - Slide
Wederkerende voornaamwoorden
Persoonlijk
Wederkerend
ik
me/mij
jij/je
je
hij/zij/het
zich
wij
ons
jullie
je/jullie
zij
zich
Wederkerende voornaamwoorden
Slide 7 - Slide
Wassen
Wederkerend of niet?
Slide 8 - Slide
Wassen
Wederkerend of niet?
Niet wederkerend -->
Ik was
me
. (pers. vnw)
Ik was de hond.
Slide 9 - Slide
Wederkerig voornaamwoord
Dit zijn alle wederkerig voornaamwoorden:
elkaar(s), elkander(s), mekaar(s)
Voorbeeld:
De wereldleiders gaven
elkaar
de hand.
Slide 10 - Slide
Vragend voornaamwoord
Er zijn 4 vragende voornaamwoorden:
wie, wat, welke, wat voor (een)
Vervangt een persoon of ding & staan vaak vooraan
Slide 11 - Slide
Onbepaald voornaamwoord
Onbepaalde voornaamwoorden zijn: iets, niets, iemand, niemand, alles, men, wat elk, ieder(een).
Een onbepaald voornaamwoord
verwijst
naar iets
vaags
. Dat kunnen
personen of dingen zijn.
Slide 12 - Slide
Aan de slag!
Lees blz. 86
Maak opdr. 1, 2, 3, 4, 5 en 6
(Huiswerk voor dinsdag)
Slide 13 - Slide
More lessons like this
wk 48: les 2 - grammatica (voornaamwoorden)
November 2022
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
wk 12: les 1 - 21 Voornaamwoorden en telwoorden
March 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
wk 12: les 1 - 21 Voornaamwoorden en telwoorden
March 2024
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
wk 14: les 1 - 21 Voornaamwoorden en telwoorden
April 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
voornaamwoorden & telwoorden
May 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Week 2 Nederlands 2 G
June 2023
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Week 2 Nederlands 2 H
January 2023
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
HV2 week 7-2 les 4 Grammatica H21 uitleg voornaamwoorden vragend, onbepaald, wederkerig, wederkerend
February 2024
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1