Basisstof 4: Transplantatie en bloedtransfusies

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Thema 6: Afweer

Basisstof 4: Transplantatie en bloedtransfusies

Wat gaan we doen?

• Leerdoelen doornemen
  
• Uitleg: Basisstof 4: Transplantatie en bloedtransfusies
  
• Aan het werk!
  

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kan ik...

• Beschrijven welke problemen door antigenen kunnen ontstaan bij transplantatie en bloedtransfusies.

Transplantatie

• Bij een transplantatie wordt aangetast weefsel of een aangetast orgaan vervangen.
• Nieuw weefsel kan van de patiënt zelf (acceptor) komen, of van iemand anders (donor).
• De donor is lichaamsvreemd voor de acceptor, dus er kan een afstotingsreactie optreden. 

Transplantatie

• Dankzij het Major Histocompability Complex (MHC) kunnen lymfocyten de eigen cellen onderscheiden van lichaamsvreemde cellen.
• Bij mensen is dit het Human Leukocyte Antigen (HLA).
• Voorafgaand aan een transplantatie wordt gecheckt of de HLA van de donor overeenkomt met de HLA van de acceptor.

Bloedgroepen

• Op de celmembranen van rode bloedcellen komen geen HLA-eiwitten voor, maar wel antigenen die een afweerreactie kunnen opwekken. 
• Deze antigenen zijn: A, B en resus.
• De bloedgroepen die hieruit komen zijn: A, B, AB en O. 

Resusfactor

• Op veel rode bloedcellen komt het resusantigeen voor. 
• Als je het resusantigeen hebt, ben je resuspositief (Rh+)
• Als je het resusantigeen niet hebt, ben je resusnegatief (Rh-)
• Als je Rh- hebt, dan maak je antistoffen tegen de resusfactor.

Aan het werk!

Wat: Basisstof 1 en 2 van thema 6

Hoe: Voor jezelf

Tijd: Deze les

Hulp: Raadpleeg je boek/binas, steek anders je vinger op

Klaar: Nakijken en verbeteren

Uitkomst: Basisstof 1 en 2 van thema 6 zijn af