What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Les 2 3Bc 28-11-2022
-
Dichte
iPad
- Een pen
Kacper
Op tafel:
1 / 41
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
This lesson contains
41 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
-
Dichte
iPad
- Een pen
Kacper
Op tafel:
Slide 1 - Slide
Planning
- Oefenen grammatica
Slide 2 - Slide
Basis regel
+ s
Bags
Sisklank op het eind?
+ es
Wishes
Een O op het einde?
+es
Tomatoes
Een medeklinker en Y op het einde?
-y + ies
Duties
Een F/EF op het einde?
-f/ef +ves
Wolves
Meervoud in Engels
Slide 3 - Slide
Aan de slag!
Optie 1:
- Verder met werkbladen van gisteren.
Optie 2:
- Proeftoets
- Kahoots over grammatica (in je magister mailbox)
Klaar? Woorden en zinnen leren Unit 2 vanaf blz. 101
Slide 4 - Slide
Voegwoorden
Voegwoorden zijn woorden waarmee je zinnen aan elkaar kan verbinden.
I like to read
and
my brother likes to write
Slide 5 - Slide
Voegwoorden
After Na(dat)
Because Omdat
Before Voor(dat)
But Maar
Or Of
So Dus
Until Totdat
Slide 6 - Slide
Aanwijzen
Enkelvoud (1)
Meervoud (2+)
Dichtbij
This
These
Ver weg
That
Those
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Who are you?
1. Wat is je naam?
2. Wat is je hobby / favoriete eten / heb je een huisdier?
Slide 11 - Slide
Regels
Jas uit in de klas.
Spullen mee.
We zijn respectvol naar elkaar.
Luisteren als je iets gevraagd wordt.
Mobiel weg.
Jas uit
Spullen mee
Respectvol zijn
Luisteren
Mobiel weg
Slide 12 - Slide
Toets inplannen
Wanneer
3Bc Donderdag 1 december (2e uur)
Wat:
Leren woorden, zinnen en grammatica van blz. 109 t/m 117
Slide 13 - Slide
Werkboekje grammatica
Onderdeel A - Past simple en present perfect
Onderdeel C - Meervoud
Klaar? -> Verder met het werkboekje of woorden leren uit je boek.
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Past simple - Verleden tijd
Gebruik je als iets in het verleden is gebeurd en nu is afgelopen.
Bijv. : She
watched
TV yesterday.
Signaalwoorden:
In 2018, an hour ago, this morning, at 3 o' clock
Slide 17 - Slide
Present perfect
- Als iets is in het verleden begonnen en is nu nog bezig.
- Als iets uit het verleden nog steeds belangrijk is.
Bijv. : We
have
already
saved
900 euros for the wedding!
Signaalwoorden: For, yet, never, ever, just, already, since
Slide 18 - Slide
Wanneer gebruik je de
past simple?
Slide 19 - Mind map
Past simple:
Hoe maak je de past simple?
A
werkwoord + - ed (worked)
B
shit = bij she/he/it : werkwoord + -(e)s
C
am/is/are + werkwoord + -ing
D
have/has + voltooid deelwoord (helped, found)
Slide 20 - Quiz
Wanneer gebruik je de
present perfect?
Slide 21 - Mind map
Present perfect:
Hoe maak je de present perfect?
A
hele werkwoord + -ed. (worked)
B
shit rule= hele ww+ -s
C
am/are/is + hele werkwoord + -ing
D
have/has + voltooid deelwoord (helped, found)
Slide 22 - Quiz
Vul de juiste vorm in van het werkwoord: past simple of present perfect. Gebruik de woorden tussen haakjes.
(+) ______________(we - see) someone do a backflip yesterday.
Slide 23 - Open question
Vul de juiste vorm in van het werkwoord: past simple of present perfect. Gebruik de woorden tussen haakjes.
(-) ______________(they - live) in France their whole lives.
Slide 24 - Open question
Wat is het meervoud van:
Enemy
A
Enemys
B
Enemi's
C
Enemy's
D
Enemies
Slide 25 - Quiz
Wat is het meervoud van:
Potato
A
Potatos
B
Potatoes
C
Potatoe's
D
Potato's
Slide 26 - Quiz
Wat is het meervoud van:
Wish
A
Wishs
B
Wish's
C
Wishes
D
Wishe's
Slide 27 - Quiz
Wat is het meervoud van:
Mouse
A
Mice
B
Mouses
C
Mouse's
D
Mices
Slide 28 - Quiz
Kan je nog meer voegwoorden bedenken?
Slide 29 - Mind map
Relative nouns
Who, which, that, whose
Slide 30 - Slide
Relative nouns
Waar verwijst 'who' naar?
A
Naar dieren en dingen
B
Naar personen
C
Naar het bezit van dieren en/of personen
Slide 31 - Quiz
Relative nouns
Waar verwijst 'which' naar?
A
Naar dieren en dingen
B
Naar personen
C
Naar het bezit van dieren en/of personen
Slide 32 - Quiz
Relative nouns
Waar verwijst 'whose' naar?
A
Naar dieren en dingen
B
Naar personen
C
Naar het bezit van dieren en/of personen
Slide 33 - Quiz
Relative nouns
Wanneer mag je 'that' gebruiken?
A
Om 'who/which' te vervangen in een bijzin die je niet weg kan laten
B
Om 'who/which' te vervangen in de hoofdzin
C
Om 'whose' te vervangen in een bijzin die je niet weg kan laten
D
Om 'whose' te vervangen in een hoofdzin
Slide 34 - Quiz
Well done!
Go to our online method and click on Unit 2. Practice the exercises listed below:
Unit 2: Test yourself lesson 1 - 5
Unit 2: Versterk jezelf lesson 1 - 5
Do this alone.
Slide 35 - Slide
Welcome 3Kf!
Op tafel:
-
Dichte
iPad
- Een pen
Slide 36 - Slide
Planning
- Regels
- Grammatica uitleg + oefenen
Slide 37 - Slide
Regels
Jas uit in de klas.
Spullen mee.
We zijn respectvol naar elkaar.
Luisteren als je iets gevraagd wordt.
Mobiel weg.
Jas uit
Spullen mee
Respectvol zijn
Luisteren
Mobiel weg
Slide 38 - Slide
Werkboekje grammatica
Onderdeel A - Past simple en present perfect
Onderdeel C - Meervoud
Klaar? -> Verder met het werkboekje of woorden leren uit je boek.
Slide 39 - Slide
Slide 40 - Slide
Slide 41 - Slide
More lessons like this
Les 1 3Kf, 3Bc, 3Bc 21-11-2022
November 2022
- Lesson with
33 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Past Simple vs. Present Perfect
June 2022
- Lesson with
38 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Recap Unit 2 grammar
October 2023
- Lesson with
16 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Recap Present Perfect vs Past Simple
June 2022
- Lesson with
17 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
29-3 Repetitie U4
March 2022
- Lesson with
20 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
3H Unit 1 quiz
November 2023
- Lesson with
39 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
week 6 present perfect continuous, past perfect continuous
August 2022
- Lesson with
29 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
3Havo grammar ch3 & 4
January 2021
- Lesson with
33 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3