Examen 2021

Examentraining
M. Hulleman, 2021
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Examentraining
M. Hulleman, 2021

Slide 1 - Slide

Wat we gaan doen
De vragen nakijken en behandelen
Verder met planning debat

Slide 2 - Slide

Vraag 33
'Benoem de twee groepen dieren en leg uit waar deze twee groepen voor staan, gezien de strekking van de tekst.
Geef antwoord in een of meer volledige zinnen en gebruik voor je antwoord niet meer dan 30 woorden.'

Slide 3 - Slide

Wat is je antwoord?

Slide 4 - Open question

Goed antwoord
1. De vrije dieren zijn de mensen in een situatie zonder basisinkomen / de mensen die zelf in hun onderhoud kunnen voorzien
2. en de gevangen dieren zijn de mensen in een situatie met een basisinkomen 

N.B. Dit hoeft niet letterlijk zo te worden opgeschreven, maar het antwoord moet hierop neerkomen.

Slide 5 - Slide

Vraag 34
Wat moet binnen de strekking van tekst 4 onder ‘de lol van het leven’ verstaan worden? 

Slide 6 - Slide

Je antwoord

Slide 7 - Open question

Een goed antwoord:
(de voldoening die het geeft) als je in je eigen levensonderhoud kunt voorzien / als je autonoom bent

Slide 8 - Slide

Op wat voor toon wordt er in de alinea’s 5 en 6 geschreven over het
basisinkomen?
A
Bezorgde toon
B
Genuanceerde toon
C
Spottende toon
D
Verbaasde toon

Slide 9 - Quiz

36 - argumentatie
Vul het standpunt in en de ontbrekende (sub)argumenten.

Slide 10 - Slide

Het goede antwoord
Standpunt: Een basisinkomen is geen oplossing (voor economische problemen).

Subargument 1.1: Mensen willen werken en in hun eigen levensonderhoud voorzien.
Argument 3: Het basisinkomen heeft ontwrichtende gevolgen voor de
economie.
Subargument 3.1: Een basisinkomen heeft een aanzuigende werking op
mensen met verkeerde intenties. 

Argument 4: Een basisinkomen verandert niets (aan het ontduiken van regels). / Een basisinkomen verandert niets aan het feit dat op ander gebied/op het gebied van cultuur, sport of zorg weinig wordt toegevoegd aan de samenleving. 

Slide 11 - Slide

37 - vul de juiste nummers in
A
1, 2, 3
B
1, 2, 4
C
1, 3, 4
D
2, 3, 4

Slide 12 - Quiz

38 Welke omschrijving verwoordt het best wat het doel is van tekst 4?
Tekst 4 wil de lezer
A
aan het denken zetten over de voors en tegens van het basisinkomen.
B
een informatief overzicht bieden van argumenten voor en tegen het basisinkomen.
C
ervan overtuigen dat het basisinkomen alleen negatieve gevolgen zal hebben.
D
laten inzien dat het basisinkomen alleen zal werken onder bepaalde voorwaarden

Slide 13 - Quiz

39 - vergelijking tussen teksten
Tekstfragment 1 en tekst 4 nemen principieel verschillende standpunten in over het basisinkomen.

Leg uit welke standpunten dat zijn.
Geef antwoord in een of meer volledige zinnen en gebruik voor je antwoord niet meer dan 40 woorden.

Slide 14 - Slide

Kern van een goed antwoord
Volgens tekstfragment 1 is een basisinkomen op zich wel een goed idee(, maar het zou voorlopig nog geen universeel basisinkomen moeten zijn) 

Volgens tekst 4 is het basisinkomen sowieso geen goed idee

Slide 15 - Slide

Je score
0-3
4-6
7-9
10-13

Slide 16 - Poll

Rest van de les
Groepen vormen voor debat
Stellingen bedenken

Slide 17 - Slide

Wat vond je van de les?

Slide 18 - Mind map

Waarover zou je meer uitleg willen?

Slide 19 - Mind map