What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
H1D: §4 Bijvoeglijk naamwoord - 18-02-25
Nederlands
H1D
18- 02- 2025
Grammatica woordsoorten
§4- Bijvoeglijk naamwoord
1 / 34
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
34 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Nederlands
H1D
18- 02- 2025
Grammatica woordsoorten
§4- Bijvoeglijk naamwoord
Slide 1 - Slide
Eerst...
lekker 10 minuten lezen!
timer
10:00
Slide 2 - Slide
Planning periode 3
Week 11 = week van 10 maart
Week 15 = week van 7 april
Week 19 = week van 5 mei
Week 26 = PWW 3 = week van 23 juni
Slide 3 - Slide
Vandaag
> Grammatica: woordsoorten §4: Bijvoeglijk naamwoord (BN)
p. 210
Lesdoel:
Aan het einde van de les weet ik hoe ik een bijvoeglijk naamwoord kan herkennen
Slide 4 - Slide
Grammatica
Cursus 5
Woordsoorten - §4- Bijvoeglijk naamwoorden
p. 210-211
Slide 5 - Slide
Leerdoelen
Ik kan/weet:
-(Stoffelijke) bijvoeglijke naamwoorden herkennen.
Slide 6 - Slide
Bijvoeglijk naamwoorden (BN)
Er zijn verschillende bijvoeglijk naamwoorden. Dit jaar behandelen we daar twee van.
- gewone bijvoeglijk naamwoord
- stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
De afkorting van dit woordsoort is
BN
.
Slide 7 - Slide
Bijvoeglijk naamwoorden
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
Dit is een woord dat iets vertelt over een zelfstandig naamwoord.
Een bijvoeglijk naamwoord staat vóór een zelfstandig naamwoorden (én achter een lidwoord).
Een bijvoeglijk naamwoord kan óók aan het einde van de zin staan.
Er kunnen meerdere bijvoeglijk naamwoorden achter elkaar staan, die iets zeggen over het zelfstandig naamwoord er achter.
Slide 8 - Slide
spellingsregels bijvoeglijk naamwoord
Slide 9 - Slide
Bijvoeglijk naamwoorden
Dit zijn de
slimme
leerlingen van H1B.
De
slimme
leerlingen van H1B zijn
leuk
.
De
slimme
leerlingen van H1B zijn
leuk
en
aardig
.
Slide 10 - Slide
Oefening 1- p. 210
Klaar? --> begin aan oefening 2
timer
4:00
Slide 11 - Slide
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoorden
Oud/ natuurlijk materiaal -->
+ en
als het voor het ZN staat.
De stoel is van
hout.
Een hout
en
stoel.
Het hout
en
stoeltje.
De hout
en
stoelen.
Slide 12 - Slide
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoorden
nieuw materiaal -->
zonder iets erbij
als het voor het ZN staat.
De stoel is van
plastic.
Een
plastic
stoel.
Het
plastic
stoeltje.
De
plastic
stoelen.
Slide 13 - Slide
Maar...
Wanneer is een materiaal nou oud en wanneer is een materiaal nieuw?
Maak twee kolommen:
Probeer in tweetallen zoveel mogelijk
materialen over de twee kolommen
op de juiste plek te verdelen.
Je mag in het boek kijken/ zoeken.
Oud
Nieuw
Hout
Plastic
timer
5:00
Slide 14 - Slide
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord vertelt je van welk materiaal iets gemaakt is.
Slide 15 - Slide
In de les maken/ HW
§4 bijvoeglijke naamwoorden : oef. 1 t/m 7 - p. 210 & 211
Niet af --> HW voor dinsdag 18 feb.
SO Formuleren: dinsdag 11 maart
SO Woordsoorten: dinsdag 8 april
Slide 16 - Slide
Extra oefenen bijvoeglijk naamwoorden?
Gewone en stoffelijke bijvoeglijk naamwoorden extra oefenen?
Gebruik dan de volgende websites.
Slide 17 - Slide
www.jufmelis.nl
Slide 18 - Link
www.jufmelis.nl
Slide 19 - Link
www.jufmelis.nl
Slide 20 - Link
www.jufmelis.nl
Slide 21 - Link
www.surfspin.nl
Slide 22 - Link
Even oefenen
Slide 23 - Slide
wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken
Slide 24 - Quiz
'Veel ' en 'weinig' zijn bijvoeglijk naamwoorden.
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over
A
een zelfstandig naamwoord
B
een werkwoord
Slide 25 - Quiz
Welk bijvoeglijk naamwoord is een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
De lelijke kast
B
De metalen kast
C
De grijze kast
D
De oude kast
Slide 26 - Quiz
Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?
A
groene
B
sterke
C
man
D
boze
Slide 27 - Quiz
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
A
slimme
B
tante
C
onvergetelijke
D
logeerpartij
Slide 28 - Quiz
Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?
A
grote
B
brede
C
fietsten
D
gekke
Slide 29 - Quiz
Bijvoeglijk naamwoord?
A
de
B
gevallen
C
laptop
D
zoeken
Slide 30 - Quiz
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
A
aardappel
B
het
C
geweldige
D
gescoord
Slide 31 - Quiz
Welk bijvoeglijk naamwoord is een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
rode
B
zachte
C
gouden
D
mooie
Slide 32 - Quiz
'mooi ' en 'lelijk' zijn bijvoeglijk naamwoorden. Deze bijvoeglijk naamwoorden zeggen iets over
A
het zelfstandig naamwoord
B
het werkwoord
Slide 33 - Quiz
Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden?
A
zonnige
B
dag
C
zonnige , leren
D
leren
Slide 34 - Quiz
More lessons like this
H1B: §4 Bijvoeglijk naamwoord - 11-02-25
1 day ago
- Lesson with
34 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Grammatica §4 bijvoeglijk naamwoord
January 2025
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Grammatica Cursus 5 Par. 4 Woordsoorten - Bijvoeglijk naamwoorden
29 days ago
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Grammatica Cursus 5 Par. 4 Woordsoorten - Bijvoeglijk naamwoorden
December 2023
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Grammatica §4 bijvoeglijk naamwoord
February 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Grammatica §4 bijvoeglijk naamwoord
16 days ago
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
H1A: bijvoeglijk naamwoord §4- 11-02-25
1 day ago
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Bijvoeglijk naamwoord - NN7 grammatica §4
May 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1