Marktfalen paragraaf 1

Leerdoelen § 1 : Consumenten- en producentensurplus
  1. Je weet wat onder betalingsbereidheid en consumentensurplus verstaan wordt en hoe deze twee begrippen met elkaar samenhangen.
  2. Je kunt het consumentensurplus tekenen en aflezen en je kunt uitleggen waarom consumenten streven naar een zo groot mogelijk consumentensurplus.
  3. Je weet wat onder producentensurplus verstaan wordt, je kunt deze tekenen en aflezen en je kunt uitleggen waarom producenten streven naar een zo groot mogelijk producentensurplus.
  4. Je weet wat onder het totale surplus verstaan wordt en wanneer de doelmatigheid maximaal is.
  5. Je kunt uitleggen dat door het gebruik van marktmacht markten minder doelmatig werken.
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Leerdoelen § 1 : Consumenten- en producentensurplus
  1. Je weet wat onder betalingsbereidheid en consumentensurplus verstaan wordt en hoe deze twee begrippen met elkaar samenhangen.
  2. Je kunt het consumentensurplus tekenen en aflezen en je kunt uitleggen waarom consumenten streven naar een zo groot mogelijk consumentensurplus.
  3. Je weet wat onder producentensurplus verstaan wordt, je kunt deze tekenen en aflezen en je kunt uitleggen waarom producenten streven naar een zo groot mogelijk producentensurplus.
  4. Je weet wat onder het totale surplus verstaan wordt en wanneer de doelmatigheid maximaal is.
  5. Je kunt uitleggen dat door het gebruik van marktmacht markten minder doelmatig werken.

Slide 1 - Slide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Als de betalingsbereidheid > marktprijs, dan ontstaat een 
consumentensurplus.

Consumentensurplus bij een prijs van € 20




Consumentensurplus: 
Het verschil tussen de prijs en het bedrag dat de vrager bereid is te betalen.

Slide 2 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Stel de prijs van kaarten wordt verlaagd naar € 10

Het consumentensurplus van bestaande klanten stijgt.
Nieuwe klanten betreden de markt en ervaren nu ook
een consumentensurplus.



Slide 3 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Het consumentensurplus verandert als de prijs verandert:




Slide 4 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Je kunt de welvaart ook vanuit de producent bekijken.
Voor welke prijs zijn producenten bereid een product te 
produceren?

Als de verkoopbereidheid lager is dan marktprijs, dan ontstaat
een producentensurplus.




Producentensurplus:
Het verschil tussen de prijs en het laagste bedrag waarvoor een aanbieder een product of dienst wil verkopen.

Slide 5 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Het producentensurplus verandert als de prijs verandert:


Slide 6 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Producentensurplus bij een prijs van € 30.
Bij een hogere prijs veranderen er twee dingen:
  1. Extra producentensurplus oorspronkelijke aanbieders
  2. Producentensurplus nieuwe aanbieders

Slide 7 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Het consumentensurplus en producentensurplus vormen
samen het totale surplus.

Bij een marktmodel in evenwichtssituatie bij volkomen
concurrentie is het totale surplus het grootst.



Totale surplus: 
De omvang van het totale surplus is een maatstaf voor de doelmatigheid van de markt.

Slide 8 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Perfect werkende markt bij volkomen concurrentie
Het surplus van de consumenten en producenten samen
is het totale surplus.

Het totale surplus is maximaal in een perfect werkende markt.
E    Marktevenwicht
AE     Vragers met een betalingsbereidheid > € 20
EB    Vragers met een betalingsbereidheid < € 20
CE     Aanbieders met een verkoopbereidheid < € 20
ED    Aanbieders met een verkoopbereidheid > € 20

Slide 9 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
Maak opgave 4 op pagina 61, opgave 11 op pagina 65 en opgave 2 op pagina 69.

Slide 10 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Als er geen volkomen concurrentie is, is er sprake van een 
bepaalde mate van marktmacht.


Marktmacht: 
De mate waarin een aanbieder zich onafhankelijk van de andere spelers op de markt kan gedragen.

Slide 11 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Als er geen volkomen concurrentie is, is er sprake van een 
bepaalde mate van marktmacht.

Er is dan sprake van monopolistische concurrentie, 
oligopolie of zelfs monopolie.


Marktmacht: 
De mate waarin een aanbieder zich onafhankelijk van de andere spelers op de markt kan gedragen.

Slide 12 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Als er geen volkomen concurrentie is, is er sprake van een 
bepaalde mate van marktmacht.

Er is dan sprake van monopolistische concurrentie, 
oligopolie of zelfs monopolie.

De producent kan een hogere prijs voor het product vragen 
dan bij volledige mededinging (bijvoorbeeld prijsdiscriminatie).

Marktmacht: 
De mate waarin een aanbieder zich onafhankelijk van de andere spelers op de markt kan gedragen.

Slide 13 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Een hogere prijs heeft gevolgen voor de doelmatigheid van de markt:




Slide 14 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1   Consumenten- en producentensurplus
Afname totale surplus (afname doelmatigheid)
Door marktmacht kunnen aanbieders een hogere prijs vaststellen.

Gevolg:
  • Producentensurplus stijgt
  • Consumentensurplus daalt
  • Totale surplus neemt af

Slide 15 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
Maak opgave 14 op pagina 67.

Slide 16 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.