TA6. 1.2.20

doel:
Ik weet wanneer je in een zin een dubbele punt gebruikt.
1 / 20
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 6,7

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

doel:
Ik weet wanneer je in een zin een dubbele punt gebruikt.

Slide 1 - Slide

Zijn jullie er klaar voor?!

Slide 2 - Slide

Waar zie je een opsomming?
A
Ik eet graag: patat, sushi of bami.
B
Ik ben verdrietig: mijn fiets is kapot.
C
Tijn zegt: 'Iedereen mag mee'.

Slide 3 - Quiz

Waar zie je een opsomming?
A
Hij is boos: zijn beste vriend is verhuisd
B
Ik zeg: 'Dat gaan wij doen.'
C
Ik lust: appels, peren en aardbeien

Slide 4 - Quiz


A
B
C
Waar komt de dubbele punt? Het is een opsomming.
A
plek A
B
plek B
C
plek C

Slide 5 - Quiz

In welke zin staat de dubbel punt goed.
A
Ik hou van katten: honden en konijnen
B
Ik hou van: katten, honden en konijnen
C
Ik hou van katten, honden: en konijnen

Slide 6 - Quiz

In welke zin staat de dubbel punt goed.
A
Ik heb drie hobby's fietsen, voetbal: en schaken.
B
Ik heb drie: hobby's fietsen, voetbal en schaken.
C
Ik heb drie hobby's: fietsen, voetbal en schaken.

Slide 7 - Quiz

Zet de dubbele punt op de goede plaats.
Ik lust friet en pizza en brood.

Slide 8 - Open question

Tussen welke 2 woorden hoort de dubbele punt?
Ik heb drie katten Sok, Sip en Poffertje.
A
Ik en heb
B
drie en katten
C
katten en Sok
D
Sok en Sip

Slide 9 - Quiz

Wat is een citaat?
A
Iets wat iemand zegt
B
Een opsomming
C
Een verklaring

Slide 10 - Quiz

Waar zie je een citaat?
A
Indy zegt dat we naar Toverland gaan.
B
We gaan naar Toverland!
C
Indy zegt: " We gaan naar Toverland."

Slide 11 - Quiz

Waar zie je een citaat
A
Papa zegt: 'Kom we gaan'.
B
Papa zegt dat we gaan
C
Papa zegt dat we moeten komen

Slide 12 - Quiz


A
B
C
Waar komt de dubbel punt? Het is een citaat.
A
plek A
B
plek B
C
plek C

Slide 13 - Quiz

In welke zin staat de dubbel punt goed.
A
Evelien roept: 'We spelen in het park!'
B
Evelien roept 'We spelen in het park!'
C
Evelien roept 'We: spelen in het park!'

Slide 14 - Quiz

Tussen welke 2 woorden hoort de dubbele punt?
We riepen 'Opschieten het gaat beginnen'.
A
we en riepen
B
riepen en 'Opschieten
C
'Opschieten en het
D
gaat en beginnen

Slide 15 - Quiz

In welke zin staat de dubbel punt goed? Het is een verklaring (of uitleg).
A
Ik ga vroeg slapen ik ben moe.
B
Ik ga vroeg slapen: ik ben moe.
C
Ik ga vroeg slapen ik ben: moe

Slide 16 - Quiz

In welke zin staat de dubbel punt goed? Het is een verklaring (of uitleg).
A
Ik heb haast: ik ben te laat vertrokken.
B
Ik heb haast ik: ben te laat vertrokken.
C
Ik heb haast ik ben: te laat vertrokken.

Slide 17 - Quiz

Tussen welke 2 woorden hoort de dubbele punt?
Joep is kwaad zijn fiets is gestolen
A
Joep en is
B
kwaad en zijn
C
zijn en fiets
D
is en gestolen

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Slide

GOED GEOEFEND!!!!

Slide 20 - Slide